Limburgsch Dagblad
THEO PASING

Herman van Veen: grappende filosoof

7 febr 1973

Als een filosoof moppen gaat vertellen dan heeft men aanvankelijk moeite om er om te lachen en als een grappenmaker gaat filosoferen dan heeft men ongetwijfeld moeite om hem serieus te nemen. Voegt men beide bijeen dan krijgt men Herman van Veen.


Donderdagavond was hij in levende lijve — na zijn ziekte — in de Stadsschouwburg te Sittard te aanschouwen en te bewonderen. Ik zal niet zeggen, dat er een herboren Herman van Veen op het podium stond, wel een andere Herman van Veen, een verbeterde uitgave.
Het is blijkbaar de trend van deze tijd, maar de geweldenaar, die Herman van Veen enkele jaren op het podium ten tonele heeft gevoerd, is in de schulp gekropen van een bedaarde gevoelige jongeman. Soms ietwat te bedaard. Ik kon mij die avond niet aan de indruk onttrekken, dat Herman van Veen stiekem lacht over zijn publiek.

Hij probeert er alle mogelijke trucjes mee uit en als men er gewillig intrapt, is hij degene, die kan lachen over zijn eigen trucje. En het Sittardse publiek ging gewillig mee. Men wilde lachen en greep daarom iedere — soms onnozele — gelegenheid aan om dit te doen. Toch kan zelfs een Herman van Veen het niet iedereen naar de zin maken. Een bezoeker vertelde na afloop: „Nou als je dit gezien hebt, dan wordt het tijd, dat we voor Toon Hermans een standbeeld gaan oprichten".
Een dergelijke reactie is begrijpelijk, want Herman van Veen heeft een heel eigen, hier en daar sinistere humor, over het leven. Hij doet onverwachte dingen, maakt gedachtensprongen, waarvan men de clou pas tien minuten later begrijpt. Herman van Veen is uiltgerijpter. Zijn teksten hebben meer inhoud gekregen. En hij beëindigt zijn optreden als hij denkt, dat het na dat lied of na die tekst moet ophouden, terwijl het publiek nog het een en ander verwacht.
De zaal kon het dan ook niet begrijpen, dat de show ten einde was en bleef rustig wachten op wat er nog gebeuren ging. Maar er gebeurde niets meer. De finale was geen finale, geen einde, maar een begin, een startpunt voor zijn volgende optreden.
Hij kan dan zonder enige inleiding beginnen. Met of zonder applaus.


THEO PASING