de Tijd
F.B.

Herman van Veens grillig talent

4 juli 1070

DE NIEUWE LP van Herman van Veen (Morgen, Polydor 2441.003, f 13.90) lijkt volgens insiders goed te lopen. Verwonderlijk is dat niet als men weet dat deze derde langspeler de beste is die hij heeft opgenomen. Ongeveer een maand lang heeft men in Brussel aan de opnamen gewerkt en gelet op het resultaat is dat geen verloren tijd geweest. De technische feilen die er aan beide vorige albums kleefden zijn ondervangen en ook op het gebied van inhoud, interpretatie en programmabouw is veel aan overtuigingskracht gewonnen.


Morgen is een plaat waarop de vele facetten van Van Veens soms grillig talent goed worden belicht, ook al zullen er genoeg mensen zijn die zich met name aan zijn wat ver doorgevoerd exhibitionisme (Dit slag volk. Een wit gezicht) blijven ergeren.
Herman van Veen is een zanger bij de gratie gods, een artiest tevens die op een goede (integere) manier die liedjes weet te brengen, waarvan hij weet dat zij het bij een groot publiek zullen doen. Die combinatie is in de vaderlandse chansonwereld toch vrij uniek en men zal echt over de grens moeten gaan om dezelfde (of grotere) voorbeelden aan te treffen. Van Veen heeft op dit album een keuze gemaakt uit werk van onder anderen Ralph McTell, Randy Newman en Jacques Brei.
Die keuze is niet slecht, ook al blijft zijn Engelse uitspraak in For ever hold your peace steken op Marga Klompé-niveau. hetgeen voor een muzikaal mens als Van Veen op z'n minst merkwaardig te noemen is.

Waar ben je morgen is het hoogtepunt; de prachtige vertaling van Rob Chrispijn krijgt in de warme, bewogen voordracht alle kansen. Muzikaal heeft de Belgische orkestleider en arrangeur Jack Sel heel inooi werk verricht. In Dan Pas, waarachter de namen van Herman v. Veen en Lanrens v. Rooyen staan, roept hij onweerstaanbare associaties op aan een ander chanson, maar dat kan ook liggen aan het vrijwel ongelimiteerde "feest der herinnering" waarin sommige liedjes tot stand komen. Kostelijk en heel inventief is Van Veens eigen Stekkers en Stopkontakten, een verknipt, erotisch geladen versje waarin hij al zijn brutale uitbundigheid en speelsheid royaal kwijt kan. Brels Ces getns-la, door Dick Poons in zinnig Nederlands vertaald, gaat hij echter alle perken te buiten. Hij belijdt hier een Duits expressionisme anno 1930; alle effecten, hoe gering ook, worden uitgespeeld en niet zelden karikaturaal opgeblazen. En dit Brelstuk is ook in de originele versie toch al zo'n uiterst gecompliceerde sfeerschets ...

Het instrumentale Minuet van K. Rankin is een staaltje voorbeeldige arrangeerkunst dat uitblinkt door iets waaraan Herman van Veen - ondanks zijn voortreffelijke prestatie - toch steeds zal moeten blijven denken: eenvoud.



F.B.