Jeroen Stek schreef in het septembernummer 2007 van FRIESLAND POST


Het levenswerk van Herman van Veen


WINSUM - DE VEELZIJDIGE ARTIEST, ZANGER , CLOWN EN LEVENSKUNSTENAAR HERMAN VAN VEEN HEEFT EEN HEEL SPECIALE BAND MET FRYSLAN. HET INTERVIEW HEEFT ZO'N VIER JAAR OP ZICH LATEN WACHTEN EN DAN INEENS SPREEK IK, ONDER AAN DE VOET VAN EEN KERKJE IN WINSUM, EEN MAN MET PASSIE VOOR ZAKEN DIE ER eHT TOE DOEN. NET UIT WENEN, VIA Winsum FRYSLAN (EVEN VERKEERD GEREDEN) NAAR WINSUM GRONINGEN WAAR HIJ EXPOSEERT MET ZIJN NIEUWSTE SCHILDERIJEn "


Ik ben gaan schilderen als eerbetoon aan mijn overleden vader. Ik keek naar mijn handen en ik bedacht me dat ik eigenlijk keek naar de handen van mijn vader. Een man die altijd met zijn handen bezig was, dingen maakte. En dat zijn mijn handen toen ook gaan doen.' Herman maakt grote doeken met letters en sjablonen van bijvoorbeeld een viool. Het lijkt hem prachtig om ook in Fryslan te exposeren, maar het komt zoals het komt, het leven gaat over vandaag. 'Ik heb veel met Friesland. Mijn vader kwam uit Meppel en als jongeman verbleef ik daar bij de familie Brallen. Dat waren echte zeilers, die vaak naar Friesland gingen. Daar heb ik tijdens de Sneekweek mijn eerste optreden gegeven. Samen met Laurens van Rooyen en Erik van de Wurff. We sliepen toen met ontzettend veel mensen in een klein sheltertje. Dat moet in 1967 zijn geweest. Sindsdien start ik altijd mijn try-outs van mijn nieuwste shows in Friesland en dan vertrek ik vanuit het mooie Lauswolt te Beetsterzwaag.'


Eerlijk volk

Op de vraag waarom juist Friezen zo geschikt zijn voor zijn try-outs zegt Herman breed lachend. 'Ach, gewoon blauwe ogen, eerlijk volk, heerlijk gewoon.' Dat de theatraal van de Friese Poort te Leeuwarden tot een echte Herman van Veen zaal gedoopt is vindt hij dan ook een hèle eer. 'Ik ben al meer dan vijfentwintig jaar bevriend met Gooitsen Eenling, docent en theatermaker aan de Friese Poort. Ooit kregen we contact door een liedje "Ik heb dat tedere gevoel" dat ik zong, en waar hij op reageerde. Later schreef hij een bijzonder goede en kritische recensie in de Leeuwarder Courant over een voorstelling en sinds die tijd zijn we vrienden. Ik heb al drie workshops gegeven op de opleiding SCW theater van de Friese Poort en we hebben samen .een prachtige voorstelling "Mata Hari" gemaakt, welke nu in Parijs speelt. Ook lopen enkele studenten stage in mijn bedrijf Harlekijn Holland. Het is fantastisch om met deze jonge mensen te mogen werken."


Levenswerk

En werken doet Herman van Veen, over de hele wereld treedt hij op, van Japan tot in Zuid-Afrika, en van Duitsland tot in de Verenigde Staten. 'Het is tamelijk zwaar werk, maar het is geen werk, meer een manier van leven. Het geeft me Meer kracht dan het me kost. Als een schouwburgdirecteur belt en vraagt: meneer Van Veen, zou u dan en dan kunnen komen optreden, dan vind ik dat nog steeds formidabel mooi, dus dat ga ik dan doen.' Naast al die optredens, exposities en CD presentaties vindt Herman ook nog tijd om "verschillende projecten in de derde wereld van de grond te tillen. Hij is tweeënzestig en lijkt een onaflatende energie te bezitten. 'Het hoort voor mij bij elkaar. Kijk. de inhoud van een voorstelling dient voor mij handen te krijgen. Als ik een mooi liedje zing over liefde tussen mensen, dan dien ik daar ook wat mee te doen. Het is mijn manier van reageren op een werkelijkheid waar je niet alleen maar vrolijk van wordt en ik kan mijzelf troosten, en soms andere mensen ook, door gewoon s te doen. We hebben allerlei projecten die altijd als basis de kinderrechten hebben, recht op onderwijs, recht op gezondheidszorg, recht op een dak boven je hoofd enzovoorts Dat is een levenswerk geworden. Het is geweldig om te doen en daarom ben ik ook in een soort evenwicht en voel ik mij niet machteloos. Ik probeer met een ernstig huidig besef te leven en niet al te zeer bezig te zijn met gisteren of morgen. Door de dingen die ik kan doen, sla ik eigenlijk een gat in mijn eigen muur. Daardoor kan ik weer voort, het is mijn recht om me te uiten, mijn frustraties te delen en werkelijk weer zuurstof te krijgen.'


Abe en Foppe

En frustraties kent Herman van Veen, ook over Nederland. 'Een onderwerp waar ik grijs van word is hoe deze samenleving meent om te moeten gaan met ouderen. Ik heb het gevoel dat wij ze eerder tolereren dan dat we ze bijstaan in hun zorg. Dat is beschamend, in Japan heeft een senior een status, hier lijken ze een last. Ik vind dat bitter.' Toch wil Herman geen slachtoffer-gedrag, maar gelooft hij dat mensen een verschil kunnen maken. En voor hem is zijn levenswerk daar een klein voorbeeld van. Gelukkig zijn er veel meer mensen die het verschil willen maken. Terug naar Fryslan moet hij denken aan Jopie Huisman. Herman was gevraagd om bij zijn begrafenis te komen zingen. Jopie was een mens die door zijn eenvoud en zijn schilderijen het verschil maakte. Ook Foppe de Haan kent hij relatief goed, en Herman waardeert hem omdat hij naast zijn successen, op sociaal gebied mooie dingen doet.
'Iedereen kan het verschil maken door niet te denken dat een ander het wel doet, maar door zelf in zijn omgeving net even oog en oor te hebben voor die andere mens. Het hoeven geen grote passen te zijn, solidariteit en betrokkenheid is vaak al genoeg.' En om helemaal terug te keren naar Fryslan geeft Herman van Veen trots aan dat zijn schapen Fries zijn en zijn honden ook uit Fryslan komen. En aan Abe Lenstra bewaart hij een bijzondere herinnering. 'Ik heb nog met Abe gevoetbald voor het goede doel, ik heb er foto's van en daar ben ik erg trots op.'

Een bijzonder mens die Herman van Veen en zeker niet vies van Fryslan. Op de valreep geeft hij nog een wens aan. 'In mijn optiek is er in Friesland een dichter opgestaan die tot de beste van de wereld behoort. Ik zou heel graag één of meer van zijn gedichten zingen. Het is een jongeman met een bijzondere moeilijke naam, het klinkt Algerijns.' Het blijkt Tsead Bruinja te zijn. Voor een niet Fries klinkt dat dus als Algerijns. Wat Hermans wens betreft: ik zal het eens vragen aan Tsead. o 'In Japan hebben senioren een status, hier lijken ze een last. Ik vind dat bitter' SEPTEMBER 2007 o 7


TEKST: JEROEN STEK