In augustus schreef Ruud Buurman in Rondom Voetbal nr. 1


Herman van Veen volgt FC Utrecht, waar ter wereld hij ook is
"Ik ben een ongeneeslijke voetbalfanaat"

De Utrechtse theatermaker, clown, muzikant, dichter, schrijver en met zijn eigen Foundation fanatiek pleitbezorger van de rechten van kinderen, Herman van Veen, is altijd te porren voor een gesprek over zijn grote passie: voetbal. Rondom Voetbal sprak met hem, terwijl hij in zijn huis in Frankrijk zijn nieuwe boek 'Medemens' afrondt.


Door Ruud Buurman

Hij heeft nog een balletje getrapt met Abe Lens-tra én Johan Cruijff. Met de eerste vele jaren geleden in zijn Harlekijn-elftal op een veld in de Noordoostpolder, met de tweede vorig jaar in een benefietwedstrijd in Zuid Afrika. "De uitslagen weet ik niet meer, het waren wedstrijdjes voor een goed doel. Maar voetballen met twee hele grote jongens... niet gek voor een jochie uit de Kievitdwarsstraat, toch? Hermannus Jantinus van Veen zag voor het eerst daglicht op 14 maart 1945 in het AZU, een maand voor de Tweede Wereldoorlog eindigde. En was direct supporter van DOS, de beste club van Nederland. Want dat was zijn vader, dat was nagenoeg de hele Kievitdwarsstraat, waar hij opgroeide.
"Nou..., er zaten ook wat Elinkwijkers, maar Elinkwijk was meer iets van de Kwartelstraat. Wij waren van De Kanaries. Dirk Lammers, de spits van DOS woonde verderop in de straat, Louis van den Bogert, ik meen de stopper-spil, tegenover ons. Keeper Frans de Munck, de Zwarte Panter, reed geregeld de straat in met zijn Mercedes, want die deed de verzekeringen van een aantal buren en kwam dan de premies innen. Frans de Munck z'n auto voor de deur... , dat was wat jongen."

Herman groeide op met passie voor voetbal. En voor DOS in het bijzonder. "We gingen bijna elke zondag, als ze thuis speelden. Soms was er geen geld. Dan ging ik met vriendjes uit de buurt. En een tangetje, om het gaas kapot te knippen en gratis naar binnen te glippen. Ik zat vorig jaar een keer op de tribune bij FC Utrecht, komt er een mannetje op me af die me nog kent van die tijd en die zegt: 'Hé, Herman! Heb je je tangetje weer bij je?'| Nou ja, ik zat er dit keer wéér voor niks, maar keurig op uitnodiging van de directie. Naast de grote Tonny van der Linden."

In zijn huis in Frankrijk, legt hij de laatste hand aan zijn boek 'Medemens', dat in december verschijnt ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van de Herman van Veen Foundation. "Verhalen over mijn reizen en ontmoetingen met mensen die minder keuzes hebben gekregen dan wij. Over 45 jaar ontwikkelingssamenwerking en de rechten van het kind, die nog overal met voeten worden getreden. Pas wanneer we kinderen eerlijke kansen geven en hun rechten worden nageleefd, zal het goed gaan met onze wereld." Van Veen is een 'ongeneeslijke voetbalfanaat'. "Thuis in Soest en hier in Frankrijk zit ik zondagavond met het bord op schoot voor de tv. Ik heb zo'n schoteltje hè. Ik volg alle grote competities in Europa. Ik kijk naar de Premier League, de Bundesliga, de Primera Divi-sion, de Serie , A. Van de Nederlandse clubs heb ik een zwak voor Utrecht, da's natuurlijk logisch. En voor Feijenoord. Niet-lullen-maar-poetsen-clubs. Daar houd ik van. Heel anders dan dat Amsterdamse. Waar ik ook ter wereld ben, ik wil zondagavond altijd de uitslagen weten."

In een stadion komt hij weinig, door tijdgebrek en zijn langdurige tournees door Europa. "Vind ik jammer. Ik vind het altijd fantastisch, met z'n twintigduizenden een feestje bouwen, samen genieten van dat spelletje. Wat er rond het voetballen gebeurt is vaak 'horror'. Ik heb niks met de big business er om heen, dat heeft niks met het prachtige kijkspel te maken. Ik zag laatst op tv een jongetje van twaalf dat bijna in tranen over de transfer van Wesley Schneijder uitriep: 'Maar hij had beloofd te blijven!' Dat kind begreep echt niet dat een volwassene het één zegt en dan het andere doet. Hoe leg je dat als ouders aan je kind uit? Het breken van afspraken is kennelijk norm geworden. Da's toch kwalijk? Maar je ziet in speelfilms steeds vaker dat de 'bad guy' overal mee weg komt en de held wordt. Van der Vaart poseert met een shirtje van Valencia in een Spaanse krant, de HSV-fans fluiten hem in de eerste minuten genadeloos uit. Na twee mooie acties slaat dat om in sympathie, hij schiet een penalty raak en er is euforie. Als de wedstrijd is gewonnen schreeuwen de supporters om het aftreden van het bestuur. Prachtig toch?"

Die omslag zit ook in 'De Voetbalsupporter', een van zijn Utrechtse types die Van Veen in het theater speelde. (Hé vogel! Steek effe een wors door het gaas! En doe er effe wat Cuijks bij!) Al die emoties, de verveling, de Utrechtse humor, dan de vreugde van het doelpunt en de woede (Hij keurt 'm af die kut!). "Voetbal is mooi overzichtelijk drama, de spiegel van de maatschappij. Er lopen oet-lullen rond, die de boel willen verzieken en handige jongens, die alleen maar geld zien. Maar daar laat ik mijn stemming niet door bederven."

Als kind was hij nooit lid van een voetbalvereniging. "Nee joh, daar was bij ons thuis echt geen geld voor. Ik heb mijn vriendjes op de Maria Montessorischool een tijdje wijsgemaakt dat ik bij Velox speelde. Maar vanaf mijn puberteit werd vioolspelen belangrijker. Ik heb jarenlang vlakbij Gouda gewoond en toen ben ik pas gaan voetballen. In het legendarische zevende van de FC Haastrecht, een jaar of tien. Elke zondagochtend. En tot mijn zestigste trapte ik een balletje mee met het Harlekijnelftal. Voor goede doelen."
"Daar heb ik inspirerende mensen ontmoet. Vanwege hun houding. De onverzettelijke en sociale Neeskens, en vooral Clarence Seedorf. Die raakt me echt. Een fenomenaal mens die zijn bekendheid en zijn geld inzet om veel goeds te doen, in Afrika en Suriname. Zo'n man laat zien dat winst op het veld niet het belangrijkste is en dat er ook nog zoiets is als 'sociale winst."



Paspoort

Herman van Veen maakte in 1965 zijn theaterdebuut met het muzikaal clowneske soloprogramma Harlekijn.Van zijn hand verschenen 142 cd's, 12 dvd's, een zestigtal boeken en scenario's voor onder meer de speelfilms Uit elkaar, en Nachtvlinder.

De boeken over zijn beroemdste geesteskind Alfred Jodocus Kwak zijn in meer dan twintig talen vertaald. Herman van Veen was jarenlang ambassadeur voor Unicef Nederland. Zijn stichtingen als Colombine en de Herman van Veen Foundation proberen de rechten van het kind handen en voeten te geven door middel van bescheiden projecten in ontwikkelingslanden. In het najaar verschijnt zijn CD 'Nederlanders', met daarop ondermeer een lied over de legendarische mistwedstrijd Ajax-Liverpool uit 1967. Op een daarbij horende bonus-cd staan alle 'Utrechtse monologen' uit ruim veertig jaar theater verzameld, waaronder zijn creatie van'De Voetbalsupporter'. Vanaf januari 2008 toert Van Veen weer door Nederland.



"Aan het hoofd van Dirk Lammers kon je van tevoren zien of DOS ging verliezen of winnen.
Als DOS zou gaan winnen, glom ' zijn haar, dan zat er brillantine in.
Als DOS ging verliezen was het droog.
Destijds vulde mijn ' vader het totoformulier in. Dan werd ik er op uitgestuurd om te kijken hoe het hoofd van Dirk Lammers stond.'

Uit: In Vogelvlucht, 'Kievitdwarsstraat 52'.



Als Bennie bij jou in het team zat, won je altijd wel wat. Met Benni'e wonnen wy Het Utrechtse Paastoemooi en werden we tweede bij de Stichting vakantieontspanning. Op straat speelden we vaak stoeprandje met een tennisbal. Bennie kon alles met zo'n tennisbal, wipte hem op, hakte hem omhoog, legde hem stil in zijn nek... Bennie was een baltovenaar'

Uit: Zonder Jas, 'Bennie'