Victor Backus
kinesiologie

"Aan alles komt een begin"



Herman van Veen en Edith Leerkes
een gesprek met Victor Backus

december 2006

Al tientallen jaren ben ik bevriend met Herman van Veen.
Ik vooral met hem.
Hij weet nauwelijks van mijn bestaan.

Bij mijn eerste huwelijk had ik hem uitgenodigd; hij was immers een van mijn beste vrienden. Als reactie op mijn uitnodiging schreef hij: "Ik ben verhinderd. Bovendien kan ik toch niet meer bijdragen aan jullie huwelijk dan deze woorden." Het bleek zo te zijn.

Als Herman ergens in Nederland optreedt, zit ik meestal in de zaal. Dankzij Herman ken ik sinds 1965 de weg in vele steden.

"Wat betekent Herman voor jou?' vroeg mijn dochter toen ik op een mooie zondagmorgen voor de tweede keer de cd "Vaders" opzette. Voor mij horen mooie zondagmorgens en muziek van Herman bij elkaar. "Hij is een soort levenstovenaar" zei ik. Ik kon niet uitleggen wat ik precies bedoelde. Maar het voelde zo en het voelde goed.
Ik herinnerde me de vrouw die tijdens een van Hermans voorstellingen naast me zat. Ik zei ook tegen haar dat ik Herman een levenstovenaar vond. Ik hoopte dat ze mij kon uitleggen wat ik bedoelde. Ze zei: "Ik vind hem meer een therapeut. Dus heb ik geen therapeut nodig voor mijn problemen, want ik heb Herman." Het klonk heel oprecht en ik kon me er zeker wat bij voorstellen. Het leek me verstandig om haar niet te vertellen wat voor werk ik doe; welke kinesioloog is opgewassen tegen de levenswijsheid van Herman van Veen?

De meeste treinen rijden achterlangs het leven
Je ziet een schuurtje met een fiets er tegenaan.
Een kleine jongen is nog op, hij mag nog even.
Je ziet een keukendeur een eindje openstaan.
Als je maar niet door deze trein
werd voortgedreven,
zou je daar zondermeer naar
binnen kunnen gaan.

Enkele maanden geleden trad Herman op in Haarlem. Samen met Edith Leerkes, die hem met prachtig gitaarspel al meer dan tien jaar liefdevol begeleidt. Je zou ook kunnen zeggen dat Herman zingt bij het gitaarspel van Edith. Herman en Edith houden van elkaar; dat zie je en voel je tijdens elke voorstelling weer. Het levert prachtige muziek op.

Ik ontmoette Edith voor ze de zaal in wandelde. Het viel me op dat ze op blote voeten liep. "Vanwaar die blote voeten?" vroeg ik haar. "Dan maak ik beter contact met de aarde en met mezelf; ik voel me meer gegrond. Ik speel ook lekkerder....je zult het dadelijk zien. Kom maar mee dan zal ik je aan Herman voorstellen." Even voelde ik me verward. Hoezo voorstellen aan een vriend die ik al jaren ken?

In de kleedkamer spraken we over het leven en over de dood, over liefde en vijandschap in de wereld, over geluk en over leed. Ik vertelde wat over mijn beroep.

"Weet je," zei Herman "Jij bent therapeut. Weet je wat elke therapeut moet beseffen? Dat hij een ander is." Ik vroeg waarvoor hij zelf een therapeut zou raadplegen. Herman keek me aan en zei met een veelbetekende blik: "Ik zou hem niet raadplegen."
Vroeg daarna aan Edith voor wat zij gebruik zou maken van natuurgeneeskunde. "Mij mankeert nooit iets. Zelfs een verkoudheid komt bij mij amper voor en koorts ken ik niet. Ik neem vitamines om mijn weerstand op peil te houden en af en toe een weinig natuurgeneeskundige-paracetamol voor een hoofdpijntje. Gezond leven is voor mij: doen waar ik van hou en de omstandigheden creëren die dit mogelijk maken; de energie van het optreden, de voorbereidingen, het reizen, het sappelen: het is me allemaal lief." Ik besefte dat dit gesprek geen klandizie zou gaan opleveren.

Herman zet zich al vele jaren in voor de Rechten van het Kind en richtte hiertoe verschillende organisaties op. Met die organisaties samen geeft hij door middel van kleinschalige projecten handen en voeten aan die Rechten. Herman en kinderen horen bij elkaar.

Spetter Pieter pater
Lekker in het water
Ga maar vast naar huis
Ik kom een druppel later.



Wie kent niet de beroemde avonturen van Alfred Jodocus Kwak, die Herman geschreven en op het toneel heeft vormgegeven? En wie luistert niet ademloos naar de vele verhalen die Herman tijdens zijn voorstellingen vertelt over zijn eigen kindertijd. Ik vergelijk ze altijd met mijn eigen kindertijd en denk dan: "Herman en ik hadden het zo slecht nog niet." Herman: "Als we kinderen opvoeden, is het belangrijk dat we naar ze luisteren en ze vooral zien." Edith vult aan: "Als jullie het over kinderen hebben.....ik had nooit verwacht dat ik zo dierlijk een voudig van mijn kinderen zou houden. Het verbijsterende geluk bij hun geboortes en de vanzelfsprekendheid waarmee ik voelde 'kom, jij gaat met mij mee' was een enorme verrassing." Herman knikt bevestigend terwijl hij naar boven staart. "Wie mis je?" vraag ik hem. "Ik mis mijn ouders elke dag." De blik in zijn ogen drukt meer uit dan duizend woorden kunnen vertellen.

"Sneeuw kun je niet bewaren', zei mijn moeder. Moest daar aan denken toen mijn moeder stierf. Dat je niets kunt bewaren. Dat je niets kunt meenemen. Dat het leven een geschenk is dat je leent. Dat het is als sneeuw."

Ik mis je
als ik weet niet
wat.
Er is geen vergelijking
voor het missen dat
ik doe.
Ik zou wel kunnen
zeggen,
zoals de dood het
leven mist.
Maar ik weet niet,
ik weet niet
of de dood dat
doet.

"Je zingt deze tekst. Betekent het dat je bang bent voor de dood?" "Nee, ik ben niet meer bang voor de dood. Maar voor ik dood ga, wil ik alles nog een keer meemaken wat ik al meegemaakt heb. Doe maar de volgende vraag terwijl ik alvast een paar dingen klaar leg voor de voorstelling."

Loop de gang in
begroet wie er al is
stap het toneel op
en kijk naar waar je zo vaak al bent geweest.

"'Soms ben ik iemand die ik niet wil zijn', schreef je ooit." "Ja dat klopt. Het sloeg op aspecten in mijn vak waar ik liever niet bij wil zijn. Al het gelazer om geld bijvoorbeeld."
"Moet je je bewijzen?" "Nee, helemaal niet." "En wat nou als op een zekere dag de mensen in de zaal niet meer lachen om je, wat doe je dan?" "Die dag komt niet." Grijns.

Edith: "Van Herman heb ik veel geleerd. Vooral dat ik niet alles van tevoren hoef te weten en niet overal controle over hoef te hebben. Zijn uitspraak 'see what happens' klinkt eenvoudig, maar gaat uit van een zelfvertrouwen waar ik door hem wat meer op leer varen. Jullie werk gaat toch over dit soort onderwerpen en over energie. Weet je, soms is de energie in de zaal niet helemaal geweldig. Dan probeer ik juist niet met die energie te vechten maar de intimiteit te zoeken, zacht te spelen of nog zachter.
Herman en ik zijn door het vele reizen en een aantal gemeenschappelijke ervaringen in de loop van de jaren elkaars maatje geworden. Veel van wat hem bezig houdt, gaat mij ook aan het hart. Daardoor ken ik hem goed. Maar hij verrast me nog steeds met zijn gedachten en de routes die hij kiest." "Wat heb jij van Edith geleerd?" "Onvoorwaardelijkheid".

Soms loop ik op een trap
en denk:
Ging ik nou naar boven
of naar beneden.



"Jezelf worden, Herman, hoe doe je dat?" Ik verwachtte een lang filosofisch antwoord op mijn zo zorgvuldig voorbereide vraag. Het werd wel filosofisch maar niet lang. "Gewoon afpellen."
"Wens eens wat, Herman." "Ik wens wereldvrede."

Ik ben nu groot en gezond.
Omdat er hulp was.
Maar voor zoveel kinderen
is die er vandaag niet.
Met 'zoveel' bedoel ik niet een klas.
Maar bijna 1 miljard.

We spraken over de projecten waar Herman van Veen mede vorm aan geeft, over zijn bestuurslidmaatschap van Unicef en over de Herman van Veen Foundation.
De Herman van Veen Foundation steunt vele goede doelen. Mede in het kader van een wijdverbreide vrede. Een van de projecten van de Foundation is de realisatie van een theater in Soweto, Zuid-Afrika.
"Kinderen moeten zich kunnen ontwikkelen op artistiek, educatief en sociaal gebied. 'The Miracle', zoals het nieuwe theater daar heet, is er voor een zinvolle tijdsbesteding. Simpelweg moet er gewoon geen tijd meer overblijven voor criminaliteit. Naast het geven van voorstellingen, is het theater ook bedoeld om presentaties of voorlichting te geven aan de lokale bevolking. The Miracle moet de ontmoetingsplek worden voor de kinderen van Soweto. Onder het motto: beter een viool in de hand dan een pistool."

Edith speelt op een zwetende gitaar en
mijn viool herinnert zich dat
hij ooit een boom was.
Ik zing wat ik kan.
Met zovee lieve zwarte en
witte mensen bij elkaar
zing ik van een eigenwijze druppel
op een gloeiende plaat
terwijl ik beneden zie hoe twee zebra's schuilen.

Edith: "Vrede wens ik ook. Dat wij zo weinig lijken te doen met het uniek menselijk vermogen van de redelijkheid en keer op keer de meest bizarre wreedheden begaan of laten gebeuren, is onbegrijpelijk. We zouden er gewoon mee op kunnen houden. Het klinkt naïef maar is in feite zo eenvoudig als het hier staat."

Een kwartier later zit ik in de zaal. De voorstelling begint. Ademloos volg ik mijn oude vriend en nieuwe vriendin in alles wat ze me geven vanuit hun hart. Ik geniet zoals altijd van alles wat zich voordoet op het toneel, van de bij elke voorstelling terugkerende ingrediënten: de grote witte bal, de hoge hoed, de harlekijnsneus. Ik geniet van de ogen van Edith en Herman die regelmatig elkaar begripvol aankijken. Hoe Herman Edith dan uitdaagt met onverwachte muzikale acties en hoe Edith daar gelaten op reageert. Dat er een volle zaal achter me is, merk ik pas op aan het eind van de voorstelling, als het applaus er is.

Terwijl Herman buigt, vallen er precies 942 pingpongballen uit de lucht. Herman zei dat hij ze vooraf geteld had. Ik gris er snel een stel van de vloer om ze mee te nemen naar huis.
Aan alles komt een begin.


Met dank aan: Herman en Edith die tijd wilden maken voor dit gesprek en aan Kiki Meijerhoven die als secretaresse van Herman en Edith de nodige assistentie verleende.

Citaten uit teksten van diverse cd's en uit het boek "Zonder jas" geschreven door Herman van Veen. ISBN 90-5672-150-X

Verdere informatie, bestelmogelijkheden en speellijsten op:

www.hermanvanveen.com

U kunt de Herman Van Veen Foundation steunen met een bijdrage op bankrekeningnummer 30.47.99.297 te Baarn.