Mirjam Keunen schreef 26 juni 1999 in het Algemeen Dagblad
Nieuwsgierigheid is zijn drijfveer
De speelfilm Nachtvlinder, die in september in première gaat, een cd met
het Rosenberg Trio gevolgd door een
wereldtournee en volgend jaar een rondreis langs Nederlandse theaters met zijn
nieuwe programma.
Herman van Veen
werkt als een bezetene. Zijn drijfveer is nieuwsgierigheid.
Hij vindt zichzelf een vechter, Herman van
Veen. Hij gaat door waar anderen opgeven.
Zijn veelzijdigheid - clown, cabarettier schrijver, muzikant, zanger, filmer -
maakt het niet gemak-kelijk om hem in een hokje te stoppen. "Ik zal voor sommigen
altijd controversieel blijven. Gelukkig maar, want succes is een geweldige ballast.
Als je niet uitkijkt, vecht je tegen je eigen schaduw." Hij heeft geleerd dat
kritiek relativeert en jezelf overtreffen niet altijd mogelijk is.
Sinds hij in 1979 voor het eerst optrad in de Verenigde Staten, het mékka van
de showbizz, neemt hij
de simpele raad ter harte die hij toen kreeg van Shirley Maclaine. ,,Je moet
jezelf blijven. Ik moet mijn eigen verhaal vertellen en niets gaan zitten bedenken.
Be a Dutchman. Daaraan heb ik ongelooflijk veel gehad."
Jezelf blijven klinkt simpel, maar ook in de wereld
van het entertainment is dat een gevecht. ,,We leven
in een Wanna be like you society. Zeker in mijn vak. Je
struikelt over de klonen van vedetten. We hebben Nederlandse Sinatra's.
Daar draait de industrie op. Zo
nu en dan staat er iemand op die op niemand lijkt. Zulke gastjes hebben
het ontzettend moeilijk. Dat eigenzinnige jongeren met veel talent het
zwaar hebben is ook hun zegen. Op jonge leeftijd moeten vechten tegen
clichés en normen maakt sterk."
Hij heeft ook ondervonden dat het belangrijk is om de juiste mensen
op het juiste moment te onttmoeten. Ramses Shaffy is zo iemand. ,,Hij
is een van de grootste motivaties geweest om te doen wat ik doe. Hij
gaf me zonder dat hij het wist een duwtje in de goede richting." Van
Veen zag Shaffy optreden. Hij dacht: dit is mijn weg. Onlangs werkte
hij met hem samen. Aan het einde van een werkdag belandden ze in de bar.
Zwijgend en drinkend. ,,Af en toe keken we elkaar aan en zonder iets
te zeggen begrepen we el-kaar. Dat was voor mij geluk."
Herman van Veen is gevoelig voor stemmingen. ,,Gisteren moest ik met
mijn moeder naar het ziekenhuis. Ze leek er slecht aan toe en we
wisten niet wat er aan de hand was. Ze is 81 jaar. Ik ging er met
het gevoel heen: dit is de laatste keer. Ik wil die vrouw niet
verliezen. We liepen in het ziekenhuis rond als jut en jul.
Gelukkig was er niet veel aan de hand, gewoon een bloedvat
gesprongen. We zijn zo vreselijk blij naar buiten gekomen.
,,Ik moest daarna de studio in voor een cd met
het Rosenberg Trio. Wat heb ik daar geweldig staan zingen! Wow!
Een somber lied werd een vrolijk lied vol
energie. Maar toen ging de telefoon en vertelde iemand me iets kloterigs.
Daar ga ik dan weer. Wop. Dan hoor je dat telefoongesprek in het lied.
Dat kan ik niet wegschminken."
Ook zijn tweede speelfilm Nachtvlinder die vanaf september
in de bioscoop draait, staat niet los van zijn leven. Van Veen
schreef en regisseerde het trillerachtige sprookje en speelt
naast zijn dochter Babette een van de hoofdrollen. Hij droeg
het verhaal over het mysterie van het leven op aan Alois Kurzmann,
een goede vriend die is overleden aan kanker. Kurzmann beloofde
Van Veen vlak voordat hij stierf dat als er een hemel was, hij
een donkerbruine nachtvlinder zou sturen. Dit afscheid inspireerde
Van Veen een tekst te schrijven over sterven. "Als je dan in de hemel
bent of je bent ergens ver weg, stuur me dan een bruine vlinder, zo
bruin als je ogen."
Zo'n nachtvlinder landde op Herman van Veen toen hij in theater Gooiland
in Hilversum de tekst voordroeg. De volgende dag vertelde de weduwe van
Kurzmann dat haar zoon op hetzelfde moment ook een bruine vlinder had
gezien. Van Veen noemt het incidenten die suggereren dat er meer is tussen
hemel en aarde. Nuchter: ,,Maar dat is niet zo." De zoon van Alois
heet Herman. ,,Die jongen weet nog niets van deze film. Maar als hij ouder is,
komt er een dag dat hij de film ziet en denkt: verdorie, die is voor
mijn vader. Het is een cadeautje waarvan je weet dat het ooit wordt
uitgepakt. " Van Veen houdt zich vast aan zulke gedachten. ,,Je kunt het moment
niet sturen. Dat heb ik in mijn leven natuurlijk wel gedaan en geprobeerd, maar dat
lukt niet." Hij praat als een filosoof die het evenwicht heeft gevonden, maar die
ook graag de regie wil houden. ,,In Nachtvimder laat ik mensen zien die geloven
en mensen die weten. De koning en de misdadiger in de, film geloven. Zij zijn
bereid erg ver te gaan om hun overtuiging uit te dragen. Zij geloven in macht
en zijn ook bereid voor dat geloof te doden. De wetenschapper in de film een
alchemist zal dat veel minder snel doen."
De film gaat over doodsangst ,,Ik probeer al mijn
hele leven uit te leggen dat heel veel in het leven gaat over angst. Doodsangst.
Om de dood te bezweren is
heel wat bedacht: hemel, hel, definitief slot, toekomst. Daardoor verlies je
de realiteit uit het oog."
"Verzekeringsmaatschappijen exploiteren. die angst. Ze zeggen: als je deze
polis afsluit, dan is sterven of ziekte minder erg. Dat intrigeert me.
We leven met verhalen. Niet alleen religies gebruiken verhalen maar
ook banken en verzekeringsmaatschappijen. En die verhalen zijn op
suggesties gebouwd in plaats van op feiten."
Als kind van een jaar of zo kwam hij erachter dat verhalen niet op
waarheid berusten. ,,Ik zat tijdens verjaardagen altijd tussen al
die ooms en tantes met hun verhalen. De ene oom was nog niet uitverteld of
de anderde probeerde hem te overtroeven. Het waren ge-kleurde verhalen. Hoe
het echt was, deed niet meer ter zake. Wil 'je alleen maar feiten dan kom
je bij de wetenschapper terecht De subjectiviteit van verha-len is fascinerend,
maar je moet fictie en werkelijkheid wel uit elkaar houden."
Hij vergelijkt zijn werk en de film met het verven van een kastje."Ik werk in
lagen. Ik schuur eesrt het kastje, breng een grondlaag aan en kijk welke kleur
ik kies.
De slotzin van de film is:
'Laat dit leven een mys-terie blijven." Dan denk ik aan een medisch handboek
van 100 jaar geleden. De artsen die het toen schreven dachten: "zo is het."
Als je dat boek nu leest,is het een wonderlijk boek vol waanzin. Die waanzin
is er ook in de actualiteit. Neem Afrika, waar aids een enorm probleem is.
Een condoom wil de kerk niet, omdat het een voorbehoedsmiddel is. Het is om
krankzinnig van te worden."
Zijn inspiratiebron is nieuwsgierigheid. ,,Ik vind het conservatief als je
sluitende diagnoses maakt, of probeert te zeggen: zo is 't."
Van Veen wil graag vragen en weten, omdat hij met de antwoorden verder komt.
Sommigen vinden die levensopvatting zweve-
rig. ,,Ik realiseer me dat ik te maken heb met mensen die reageren vanuit datgene
wat zij begrijpen. Dat zegt soms ook veel over hen." Zijn nieuwsgierigheid geeft
hem ruimte en heeft hem op veel momenten in zijn leven geholpen. "Ik geloof dat
het mijn redding is. Anders ga je kapot door gebrek aan zuursto£ Dan adem je
steeds dezelfde materie in."
Toch zien sommigen zijn veelzijdige belangstel-ling als een handicap. Op het
conservatorium zeiden ze tegen hem:"'Meneer van Veen, concentreert u zich nu
eens op het viool spelen.' ,,Ja, maar ik wil toch wel begrijpen waarvan mijn
viool is gemaakt. 'Wacht even' zeiden ze, 'u bent hier om die D te pakken.'
Net toen ik was geinteresseerd in de beweegredenen van Mozart. Waarom heeft
hij dit interval gebruikt, terwijl het beter zou verkopen als hij het anders
had ge-daan. Als je de beweegredenen kent, kun je beter spe-len. Dan kun je
je identificeren met wat de man heeft geschreven in plaats van het technisch
te benaderen.
,,Schubert schreef ooit in een brief aan zijn broer dat hij niets meer had.
Geen huis, geen geld, geen inkt. Maar hij wist waarvoor hij zou willen schrijven:
de natuur. Hij schreef voor het water, de wind en de bomen. Van dat soort
informatie kan ik gelukkig worden, hoewel ik niet pleit voor een nieuwe
romantiek. Maar het is wel de kern. Je schept voor de elementen, niet voor
een bankrekening. Ik hoop dat het leven zo
rijk en ondoorzichtig is dat we ooit zullen begrijpen dat we er
deel van uitmaken zonder het te controleren."
Hij praat nuchter over de 30 jaar die hij inmiddels in het theater staat.
Op het podium staan vindt hij het zwaarste wat
er is. ,,Ik ben 54. Het kost energie. Alles
wat er mee te maken heeft: pers, publiek, geld, stress, reizen. Fysieke
kracht. Na zo'n voorstelling ben je leeg, alles ligt in
de zaal. En dan moet je weer opbouwen. Je speelt nog steeds voetbalwedstrijden
die gemakkelijker waren toen je 23 was. Ik moet er heel veel voor laten doen.
Ik moet echt buitengewoon gedisciplineerd leven."
Hij ziet hoe zijn kinderen zijn voetsporen volgen.
,,Babette heeft voor het vak gekozen. Ik heb een zoon die studeert aan het
conservatorium, een dochter die
actrice wil worden en een zoon die geinteresseerd is muziek". Hij vond het
een geweldige ervaring om samen met Babette de film Nachtvlinder te maken.
De gesprekken tussen hem en Babette kregen een andere toonhoogte. ,,Het is
niet meer van:
"Hoe gaat het met je?" Dat soort zorgelijke vragen, die vaders stellen in
de hoop dat hun kinderen niet in de gaten hebben dat je eigenlijk vraagt:
"Zou je dat wel doen?" Ik zag opeens een professional die de kortste bocht
neemt naar het doel.
,,Ik heb veel bewondering voor vakmensen. Ik ben meer een tuinman dan een
timmerman Ik sta met bewondering te kijken als mijn zoon er een schroef
op een bepaalde manier indraait Die heeft handige handen. En ik zag
ineens een vakvrouw in Babette, helaas in een te kleine markt. Dat is
de tragiek."
Zelf is hij al jaren geleden uitgevlogen naar het buitenland. Hij treedt
geregeld op in Frankrijk, de Verenigde Staten, Duitsland en sinds kort
ook in Zuid-Arika. De korte wereldtournee in het najaar met het Rosenberg
trio brengt hem naar China. Zo langzamerhand speelt, zingt en lacht hij
in de taal van de landen waar hij vaak komt. Als hij terugdenkt aan zijn eerste
optreden in een vreemde taal, komt het schaamrood op de kaken. Hij zong zonder
dat de betekenis van de woorden echt doordrong. ,,Op een
gegeven moment is een taal niet meer vreemd voor je omdat je zoveel problemen,
geluk, verdriet, mazzel en succes hebt beleefd in die taal."
Het was voor hem een uitdaging om de aandacht trekken in landen waar hij een
van de velen is, terwijl in Nederland zijn naam is gevestigd. ,,Ik stond 'n
maand in Chicago en de eerste avond zaten er zeven mensen waarvan twee Duitsers
en drie Nederlanders. Dan ga je zingen, de toneelmeester kijkt mee en hij komt
de volgende dag met zijn vrouw en schoondochter. Op het laatst was de zaal stampvol.
Dat is het allermooiste. Ik vind het leuk om in lange series te spelen. Je leert
ontzettend veel, omdat je elke avond anders beleeft. Op een gegeven moment weet
je hoe de avond loopt en dan rolt het."
Hij kan zijn kinderen met raad bijstaan in het vak dat hij zelf met vallen en
opstaan heeft moeten ontdekken. Zijn ouders komen niet uit de wereld van kunst,
cultuur en entertainment. Toch wist Van Veen op de lagere school al dat hij
zanger wilde worden, en hij ongelooflijk verliefd werd op zijn zanglerares
op de lagere school. ,,De enige kans om bij haar in het
blikveld te komen was ontzettend goed zingen. Het
was een prachtige vrouw. Ze bewoog iets langzamer
dan de andere mensen. Ze keek naar me, wees met
haar vinger en zei: 'Herman'... Dan zette ze me op tafel en wilde ze dat ik
het lied van de Pinksterblom
zong." Om te laten horen hoe het klonk, zingt hij ook nu het nummer uit volle
borst.
,,Dit soort voorvallen wakkert iets in je aan dat onvergetelijk is. Gelukkig
ontmoet je altijd mensen die iets kunnen met wie je bent. Dat is veel waard.
Shirley Maclaine en mijn zanglerares geloofden in mij".
Door Mirjam Keunen
terug naar de index