Dagblad vh Noorden
JACQUES J. D'ANCONA

De playlist van Herman en Rob

Boek: Bevrijdingskind.
Auteurs: Herman van Veen en Rob Crispijn.

3 apr 2020

Vrienden, leeftijdsgenoten. Herman van Veen is van 1945, Rob Chrispijn van '44. Vijftig jaar gabbers door dik en dun. Sinds 1969 werken ze samen aan een zwik liedteksten, die dan door Herman worden uitgevoerd, bij voorkeur over de hele wereld. Rob was chemisch analist, stamt uit een toneel-familie, heeft iets met vogels, koestert zijn binding met theater en de levenslange fascinatie voor wetenschap, muziek en andere kunsten.

Tijdens een concert van de 75-jarige Leonard Cohen in Ahoy Rotterdam constateerde hij dat hij ontroerd kon raken van zijn eigen ontroering. Bij Herman zit huilen in de familie, maar je kunt erg met hem lachen, al domineert het tedere gevoel, zoals hij dit in 1971 op muziek zette. Al zijn Kuifje-boeken heeft hij bewaard. Thuis, op zijn landgoed, verzorgt hij de planten en verder is hij zeer geďnteresseerd in bomen en kerken, met name die op Ijsland. Wat ze onder meer delen is de belangstelling voor sciencefiction.

In het boek Bevrijdingskind rijgen beide mannen kleine verhalen van na de oorlog, beschouwingen, anekdotes en niet verdrongen herinneringen. Vrijheid, vernieuwing ... Hun verstandhouding is opmerkelijk van solidariteit. Het scheelt bovendien dat zij allebei kunnen schrijven. Met minutieuze details lijken het komisch getinte inlegvellen die er uit eigen beweging ingeslopen zijn. Die verbinden ze met de soundtrack van hun leven waarin de songs van Janis Ian, Abba, The Beatles, Ariana Grande, Brel, Don Mclean, Hazes junior, Brecht en anderen verschijnen als de muzikale referentie aan hun bestaan. Met een heftig, expliciet accent op John Lennon, David Bowie en Leonard Cohen.

In de aanloop naar elk van de 31 hoofdstukjes illustreert een couplet de intensiteit, zonder dat ze daaraan een plons woorden hoeven te spenderen. De emoties die ze nu ondergaan, bepalen mede hoe je aan de dingen terugdenkt. In feite is het een kwestie van het opnieuw ontdekken van teksten en woorden.
Chrispijn zegt dat de meeste treinen achterlangs het leven rijden; het perspectief verschuift. Van Veen citeert zijn vader: ‘Alles is voor minstens 90 procent gelukt. Groot in kleine dingen, klein in grote dingen’.

Aan het slot prijkt een Playlist met verwijzingen. Kennelijk wilden ze vastleggen hoe dicht ze bij zichzelf zijn gekomen. ‘Lezen, schrijven, vrijen, kuieren en weer van voren af aan’, verwoordt Herman. Rob over Buona Sera van Louis Prima:

‘Bij zo’n nummer kun je drie minuten lang van de mensheid houden’.



JACQUES J. D'ANCONA