de Telegraaf (VRIJ)
Marjolein Schipper

Orde in de chaos

9 sept 2017

Hij staat vanaf eind volgende maand weer in Carré, het theater waar zijn carrière in 1971 in een stroomversnelling raakte. Alhoewel de toenmalige directeur er een hard hoofd in had... Nu is Herman van Veen, uitzonderlijk Nederlands talent, internationaal gelauwerd, 72. Altijd zo rustig, zo bedaard. Of is dat schijn?


De bomen ruisen, de wind waait, het gras is, zoals Herman van Veen zou zeggen. Rustig zit hij daar, op het terras van landgoed De Paltz in Soest. Het Arts Center, waar verschillende kunstenaars musiceren en schilderen, waar zijn schilderijen hangen, waar honderden foto’s te zien zijn van al die bijzondere artiesten en mensen met wie Van Veen/de firma Harlekijn in de afgelopen vijftig jaar heeft gewerkt en nog steeds werkt.
Daar staan opeens ook twee wat oudere stelletjes uit Soest. „Dag Herman”, groeten ze vrolijk, alsof ze dagelijks bij hem over de vloer komen. Dat hij de statige witte villa op het landgoed de afgelopen jaren zo mooi heeft laten opknappen, complimenten hoor! Wat gaat hij met het plafond doen, met al die lelijke platen? Stuccen? O ja, dat is een goede oplossing. Natuurlijk kan hij niet alles in één keer laten doen!
Opgewekt nemen ze afscheid.
Nee, knikt Van Veen later, hij kent ze helemaal niet. Maar hij beschouwt het als een groot compliment dat wildvreemde mensen hem blijkbaar als een goede bekende beschouwen. Een soort huisvriend misschien wel. Ja, dat wil hij best zijn.

Straks staat u weer in Carré. Heeft u nooit het gevoel: wat heb ik eigenlijk nog toe te voegen aan mijn toch al omvangrijke repertoire?
„Optreden is voor mij: orde, hoe vreemd soms ook, creëren in de chaos die het leven lijkt te zijn. Ik wil overzicht tot stand brengen. Die behoefte stopt nooit. Eigenlijk probeer ik door de optredens ook zelf antwoorden op allemaal vragen te vinden, voor mezelf zaken duidelijk te krijgen. Mijn eigen angsten te legitimeren. Dat heb ik altijd al geprobeerd, alleen ben ik me er nu ik ouder word, bewuster van.”

Welke angsten dan bijvoorbeeld?
„Heel veel mensen met wie ik ben opgegroeid, gaan dood of zijn de afgelopen jaren doodgegaan. Erik van der Wurff, meer dan vijftig jaar mijn vaste begeleider op de piano. Ze zeggen dat pijn slijt, maar dat is helemaal niet zo, pijn slijt niet. Je leert er alleen mee omgaan. Dus heb ik een nummer over een vrouw die in de wachtkamer van de huisarts zit. Ze heeft de urn met de as van haar man bij zich, want ze neemt hem overal mee naartoe. Door zo’n verhaal vergeet ik dan helemaal waarom ik zelf bij de huisarts zit, want er zijn veel ergere kwalen dan die van mij. En dan weet je: goh, ik ben niet de enige die pijn heeft. Zo reik ik de hand naar de mensen in de zaal. Alles in mijn voorstellingen is natuurlijk gechargeerd. Maar uiteindelijk is het autobiografisch, je haalt het altijd uit jezelf.”

Toen u voor de eerste keer in Carré stond, bijna vijftig jaar geleden, hoorde u per ongeluk de directeur zeggen: 'lk heb er een hard hoofd in'. Werkte dat niet verlammend?
"Integendeel. Ik dacht: dat zullen we nog weleens zien! Een paar dagen later zat het elke avond vol. Zo gaat het nog steeds. Mensen praten met elkaar over de voorstelling en uiteindelijk gaan ze kijken. Het komt altijd goed. Die rust heb ik inmiddels wel."

Wat hoopt u dat uw publiek in uw voorstellingen vindt?
"Ik hoop dat ze een fantastische avond hebben. Ik hoop dat ze veel gelachen hebben. Dat ze zich af en toe eens op het hoofd hebben gekrabd. En dat ze het mooi hebben gevonden."

Op uw site staan versregels van de zanger/componist Georges Moustaki: 'Herman, in jou herken ik de wijsheid van de hofnar, de brutaliteit van de moralist, wanneer jij net doet of je slechts één doel hebt: ons vermaken'. Doen alsof?
"Dat is niet bedoeld alsof het een demasqué is. Ik draag geen masker. Maar uiteindelijk blijft het natuurlijk allemaal een oefening in besef, zoeken naar een verklaring. Een doorlopend 'je afvragen'. Waarom zijn de verhoudingen in de wereld zoals ze zijn? Waarom zijn er zulke grote verschillen tussen arm en rijk? Waarom hebben we de kennis om dat op te lossen maar doen we er uiteindelijk niets mee? Waarom zijn kinderen, die helemaal nergens wat aan kunnen doen, in vele landen het slachtoffer van de maatschappij en het systeem? Waarom hebben kinderen niet overal ter wereld recht op onderwijs en waarom wordt er over hun rechten gediscussieerd? En waarom boycotten wij de landen die dat doen niet gewoon? Dat snap ik echt niet."

Maar dat is toch heel naïef? Geloven in een betere, veranderende mens en in een betere maatschappij?
"Ik heb een positief beeld van de mensheid. Laat me dat nou alsjeblieft houden. Trouwens: het gaat beter met de wereld. Echt."

Beter? Die indruk wekt de algemene toestand in de wereld toch niet bepaald.
"Het zijn de feiten. Ik heb laatst een dik boek over statistieken gelezen. Cijfers liegen niet. Langzaam, heel erg langzaam, gaan we met z'n allen op verschillende fronten vooruit. Alleen gaat het natuurlijk niet snel genoeg."

Het lijkt anders alsof de ene natuurramp de andere opvolgt.
"Natuurrampen bestaan niet."

Sorry?
"De natuur is. De wind is, de zee is, er zijn vissen. Er wordt pas gesproken over een natuurramp als er een mens wegspoelt. Maar daar kan de natuur niets aan doen. Dat wegspoelen overkomt dan weer vaak de armste mensen, want die wonen op de goedkoopste stukken grond, vlakbij de rivier of waar ze de bomen kappen. Zo is heel veel terug te voeren op economie, op geld."

Heeft u niet gemakkelijk praten vanaf het bordes van een uitgestrekt landgoed?
"Sorry, maar dit is niet mijn landgoed! Ik woon verderop in Soest. Wij bezitten van de honderd hectare er ongeveer vijf. Ik heb hier wel een klein atelier. Het is het Herman van Veen Arts Center, opgezet samen met onze firma Harlekijn en gitariste Edith Leerkes met wie ik al heel lang samenwerk. Mede ontstaan omdat ik thuis zoveel schilderijen had staan dat we bijna zelf de kamers niet meer in konden. Ik kende landgoed De Paltz wel, met deze voorheen totaal vervallen villa. Ik dacht: als we hier nou toch eens ons sociaal-maatschappelijk kunstencentrum zouden kunnen vestigen?
En dat is gelukt, met vereende krachten. We zijn vijfjaar bezig geweest om de boel op te kalefateren. Dit najaar is het af, voor zover zo'n oude villa ooit af kan zijn. Nu worden op het terrein, samen met tachtig vrijwilligers, zo'n 140 voorstellingen per jaar georganiseerd met onder anderen leerlingen van toneelscholen en conservatoria. We vragen geen entree, want we willen jonge kunstenaars een podium bieden en iedereen de kans geven om een voorstelling bij te wonen. Schoonheid, kennis, onderwijs. Die zaken zijn zo belangrijk. Ik wilde vroeger ook onderwijzer worden. Of dokter. Mensen redden."

Maar dat is er niet van gekomen.
"Ik trof op school een juffrouw die zei: 'Jij kunt zo mooi zingen, Herman'. En een leraar die me een viool gaf. Zulke docenten wens je iedereen toe. Maar uiteindelijk hangt de wereld natuurlijk van toeval aan elkaar. Je komt bij een bepaalde leraar in de klas. Je ontmoet iemand, je wordt verliefd op iemand. Allemaal toeval. Hoewel er uiteindelijk een fenomenaal doch voor ons onbegrijpelijk systeem achter zit."

Als u dan hier op het mooie bordes zit te turen naar de bomen, denkt u dan weleens: ik ben ver gekomen? "Ik weet nog precies waar ik vandaan kom. Uit die arbeidersbuurt in Utrecht. Waar een afgedankte kamizool een pannenlap werd en een pannenlap een eierwarmhouder. Daarom is de toegang tot de voorstellingen in het Arts Centre gratis. Geld mag geen hindernis zijn om mooie dingen te ervaren."

Maar bent u hier, te midden van het uitgestrekte groen, niet heel ver verwijderd van de gewone mensenwereld?
"Nee, want de natuur IS de gewone wereld! We maken soms juist de fout door elkaar te halen wat gewoon is en wat niet. Ik heb hier een lievelingsplekje met een prachtig uitzicht. Daar kan ik uren zitten. Daar moet ik echt worden weggehaald."

Bent u een workaholic?
Van Veen denkt na. Dat doet hij vaker tijdens het gesprek. Zomaar even een antwoord eruit flappen is er niet bij. Zoals hij het zelf uitdrukt: 'lk doe niets zomaar'. Hij praat bedachtzaam, met dat timbre dat alleen maar van Herman van Veen kan zijn. Soms een klein 'pompompom' tussendoor of een zacht gezongen regel.
"Ik ben geen workaholic, ik ben heel enthousiast. Ik kan genieten van kunst, van mooie boeken, van muziek. Dat ervaar ik allemaal graag, daar ben ik altijd mee bezig. In mijn beleving leid ik een evenwichtig bestaan. Maar het kan op de buitenwereld weleens anders overkomen. Vroeger kreeg ik vaak te horen: 'Jij bent zeker nooit thuis'. Terwijl ik altijd de enige vader op het schoolplein was. Ik speel 's avonds natuurlijk."

U bent 72 en u speelt nog steeds een ongelooflijk aantal voorstellingen per jaar. Bent u nooit gewoon eens moe?
"Ik heb genetische mazzel. Natuurlijk pieker ik weleens. Schicksal. Wat als het lot toeslaat, als je opeens geen macht meer over het vehikel hebt? Ziekte, de risico's van het ouder worden. Dus geniet ik tot het zover is. Vooral van de kleine dingen, die zijn het belangrijkst. Het kleinkind naar school brengen."

U lijkt zo enorm rustig en uitgebalanceerd. Bent u dat ook van binnen?

"Dat is mijn aard. Zo ben ik altijd geweest. Ook dat zit in mijn genen, Mijn vader was de beschouwende, hij legde me de natuur uit, de bomen, stilzitten en kijken naar de dieren. Bedachtzaam was hij. 'Je moet de dobber er pas ingooien als je weet waar de vis zit'. Mijn moeder was veel actiever, liep de hele dag te poetsen. Van hem heb ik het zien, van haar heb ik het doen. Een mooie combinatie. Ik ben een mazzelaar."

Maar gooit u nooit eens lekker een theekopje door het huis?
"Welnee! We zijn toch geen achttien meer. Bovendien kan ik alles kwijt in mijn voorstellingen. Daarin kan ik flink tekeergaan."

Het lijkt zo perfect.
"Ik heb geen verborgen kanten. Ik ben heel gemakkelijk. Geen gecompliceerd mens. Ik accepteer dat we allemaal verschillend zijn. Als ik tegen mijn kleinkind zeg: ga jij eens twee dezelfde bloemen zoeken in het bos, dan zie je hem niet meer terug. Dat is het mooie, niemand is hetzelfde. Dat maakt de wereld zo fucking fascinating."

Maar u bent twee keer gescheiden. Dus zo gemakkelijk bent u ook weer niet.
"Ik zie het niet als scheidingen. Het is ondeelbaar, we hebben samen kinderen, we hebben elkaar allemaal nodig. Alleen zijn de omstandigheden en daardoor onderlinge verhoudingen veranderd, ook de frequentie dat we elkaar zien. Ik word opgebeld door een dochter: 'Zullen we uit eten, mama gaat ook mee'. Op die manier. Ik ben nu al 32 jaar helemaal blij met mijn vrouw Gaëtane. Had ik dan moeten blijven hangen in een relatie waarin we beiden niet meer gelukkig waren? Gaëtane en ik zijn de hele dag bezig met onze eigen bezigheden. Als we thuis komen, babbelen we tot we naar bed gaan. En dan vallen we hand in hand in slaap."

Het komt allemaal zo prachtig en beheerst over. Actief voor goede doelen, tassen vol onderscheidingen, harmonie met de exen. Ik zoek toch naar het barstje.
"Ik snap de vraag wel. Natuurlijk ben ik net zoals iedereen bang, soms ook in paniek. Zorgen om het kind dat moet fietsen langs een onbewaakte overweg. Maar uiteindelijk draait het erom hoe je met problemen omgaat. Iedereen heeft daar een eigen manier voor. Mijn opa geloofde in God. God zag alles, vertelde hij mij en dat vond ik vreselijk eng. God zag dus ook dat ik niet alleen maar aardige dingen dacht. Ik leed daar echt onder. Toen ik ouder werd, kwam ik erachter dat God niet bestond. Dat vond ik dan weer erg zielig voor mijn opa."

U maakt het mensen graag naar de zin. Wilt u voor uw publiek meer dan afleiding zijn?
"Dat vind ik moeilijk te beantwoorden. Ik heb geen boodschap. Maar ik ben wel meer dan een avondje vermaak. Dat merk ik aan de vele mailtjes die ik krijg, soms met hele persoonlijke verhalen. Mensen die zeggen dat hun voorstelling hen heeft opgepept of heeft gesteund. Dat geeft me voldoening. Hoewel er uiteindelijk weinig opweegt tegen een voluit lachende zaal. Dat golft dan tegen de wanden en weer terug, dat is onbeschrijfelijk mooi."

Eigenlijk bent u een on-Nederlandse artiest. Componist, regisseur, acteur, schrijver, zanger, ja, wat al niet?
"Dat wordt niet alleen in Nederland, maar overal ter wereld als vreemd gezien. Je moet iets zijn. 'Herman', zeiden ze vroeger op het Conservatorium, 'kies nou toch. Anders doe je van alles maar een beetje. Dan word je oppervlakkig. Je moet focussen'. Maar ik lag dwars. Wat is de muziek van Schubert zonder tekst? Dan weetje toch niet voor wie hij het heeft geschreven? Wat is Für Elise zonder muziek? Disciplines versterken elkaar. Ik ben gespecialiseerd in veelzijdigheid."




Marjolein Schipper