Ditjes & Datjes

7 vragen :
Terugkeer in zijn geliefde Carré:
Herman van Veen

okt 2017

Herman van Veen (72) is vanaf 10 oktober te zien in zijn geliefde Carré. Zijn voorstelling is steeds weer anders, omdat hij actualiteiten en zijn persoonlijke ervaringen erin verwerkt. Ditjes & Datjes spreekt Herman van Veen, die nu gelukkig is met zijn Waalse levenspartner Gataene Bouchez, over zijn terugkeer in Mokum.


1 U heeft honderden keren in Carré gestaan. Wat maakt dat theater zo magisch voor u?
"Ruim vijfhonderd voorstellingen, geloof ik... Na afloop van de vijfhonderdste kreeg ik de sleutel van de voordeur. Heb er dus een thuis bij. Wat Carré uniek maakt is de hoefijzervorm. Iedereen ziet iedereen en versterkt zo eikaars reacties."



2 U heeft daar bijzondere ontmoetingen gehad, zoals die met Bette Midler en de Koningin. Hoe heeft u dat beleefd?
"Vooral verlegen. Het zijn vaak onhandige, hartelijke momenten."

3 Elke voorstelling is anders omdat u het blijft actualiseren. Dat lijkt me telkens spannend.
"Zeker. Zo af en toe denk ik vooraf: 'Zou iemand het van me kunnen ovememen?' Ik zing en vertel over wat er nu speelt, eigenlijk als een dagboek. Minder dan vroeger over wat er zou moeten spelen. Ik was toen natuurlijk overmoediger. Ga nu economischer met mijn krachten om. Dat is overigens geen vrije keuze: de jaren tellen. Maar ik heb geen drastische problemen. Ervaar er ook de voordelen van. Je hoopt natuurlijk nooit dood te gaan, dus die dood gaan we proberen te vermijden."

4 Wat heeft u van al die keren in Carré het meeste ontroerd?
"Dat Ramses Shaffy tijdens een van onze voorstellingen ooit in de zaal opsprong en riep: 'Maar dat is toch geweldig!'"

5 Wat is u het meeste bijgebleven van de allereerste keer dat u in Carré mocht optreden?
"Op onze eerste avond, ik was 24 jaar, speelden we voor een handjevol genodigden. Omdat ik het eng vond om het toneel op te lopen, besloot ik van achter uit de zaal op te komen om mijn hartslag te controleren. Achter het gordijn wachtte ik. Vóór het gordijn in de zaal stond mijnheer Dekker, die ons naar Carré haalde. Naast hem stond Carré- directeur Karei Wunnink. Ik hoorde de laatste zachtjes zeggen, terwijl zij niet wisten dat ik achter dat gordijn stond: 'Mijnheer Dekker, ik heb er een hard hoofd in.'"

6 Terugkijkend naar vroeger: hoe was het voor u een gezinsleven te combineren met uw gezin?
"Wij wisten niet beter. Alles is gelukkig goed gegaan. Ik heb vier prachtige, inmiddels volwassen kinderen met als bonus drie kleinkinderen. Geluk dat niet opgaat."

7 Hoe ziet het leven van Herman van Veen er over tien jaar uit, hoopt u? "Als het door mag gaan zoals het gaat zult u mij niet horen mopperen."