Hoogeveensche Courant
Reinier de Boer

Muzikaal virtuoos Herman van Veen is nog steeds een alleskunner

2 okt 2015

Herman van Veen is zeventig en hij zit al vijftig jaar In het vak, maar er zit nog geen sleet op. In 2ijn titelloze programma zingt, springt, tapt en danst hij in een razend tempo.


Hij bespeelt verschillende muziekinstrumenten en vertelt tussen de muzikale hoogstandjes door korte verhaaltjes. Zijn muzikale virtuositeit is de grote kracht van de alleskunner en hij heeft zich omringd met zeven bekwame muzikanten.

Er zijn verschillende muzikale intermezzo's en die worden gebracht met schijnbaar speels gemak. De violiste lannemien Cnossen en gitariste Edlth leerkes hebben de meester een vooraanstaande rol en de andere jonge muzikanten geven ook blijk van hun klasse en de instrumentale momenten vervelen dan ook geen moment. Edith Leerkes geeft enkele knappe solo's op de Spaanse gitaar en zingt ook een gevoelig liedje. Herman van Veen zingt vooral eigen liedjes met soms hele rake teksten, maar hij gooit er ook bekende nummers van anderen tussendoor, zoals Marina, Tutti Frutti en Mr. Sandman en het vermakelijke Daar bij de waterkant in het Utrechts. Hij brengt ook enkele liedjes van zijn laatste cd Kersvers, zoals Iemand en Meneer, maar ook Alles doet er toe en Anders anders. Juweeltjes zijn het lied voor Paul van Vliet, die onlangs tachtig werd en De Aalscholvers, dat door merg en been gaat.

Ode

In het mooie lied Vrijplaats beschrijft hij knap een theaterzaal: 'Wat hier aan zwanen is gestorven, wat hier met houten zwaard uitgevochten werd. Hier is het lijk de moordenaar'. Van Veen geeft een mooie ode achter de piano aan zijn overleden pianist Erik van der Wurff, waarmee hij 52 jaar samenwerkte. Daarbij past ook het feit dat de pianokruk heel lang onbezet blijft. De anekdotes, maar ook enkele liedjes, handelen meestal over vroeger, zodat het een zingende reis wordt door zijn jeugd. Hij leest de meeste anekdotes voor uit een boek, dat op een lessenaar ligt. Dat is eigenlijk een tegenpool van het dynamische karakter van het programma. Herman van Veen is niet echt een uitgesproken cabaretier, maar zijn verhalen zijn wel droogkomisch. Er zijn fraaie vondsten te bewonderen; 'Oma, wat komt er na de dood?' 'De rekeningen'. 'Wie verliest bij stoelendans moet een liedje zingen. Welk liedje ga je vandaag zingen, Herman?' Zingend: 'Ich bin tot, ich war noch nie so tot'. Hilarisch plat is het verhaal over de vakantie van elf familieleden in een tent: 'Het geluid van de slapende mensen 's nachts overtrof de geur'.

Ronduit komisch is de verwarring na afloop. Bij vorige optredens gaf Van Veen steeds weer onverwachte toegiften, maar nu maar een. Tot tien minuten nadat het gordijn dicht gaat, wachten mensen nog tevergeefs op een terugkeer.



Reinier de Boer