De Standaard,
peter vantyghem

Een kus voor je sterft

7 april 2014
Een van de vele hoogtepunten in Voor een kus, de lopende tournee van Herman van Veen (69) in Vlaanderen, is dit: de man belandt in een boksmatch, wordt vol neergemept, en vervolgens door twee jonkies op de meest onbehouwen manier opgetild en weer overeind gezet.

Het is zijn manier om criticasters een symbolische spiegel voor te houden. Maar daar laat hii het niet bij, want Van Veen, die na een halve eeuw op de planken in de winter van zijn leven beland is, levert met deze voorstelling een frisse en vinnige, grappige en poëtische avond af.



Die duurt bijna drie uur, waarin hij speelt, zingt, danst en als een gedreven vakman zijn muzikanten aanstuurt. Geen detail is overbodig, de interpunctie is vlekkeloos, en toch maakt het geheel de indruk van een speelse, luchtige improvisatie die door een groepje goede vrienden wordt gebracht.


Jeugdverdriet


Voor een kus is constant in ontwikkeling. De Utrechtenaar werkt de voorstelling elke avond bij. Maar de grote lijnen liggen vast. Het eerste deel focust op jeugdherinneringen. De uitstekende vijfkoppige band raakt evergreens aan als 'Buona Sera' en 'Mr. Sandman', Van Veen schuift er haast enkel nieuwe nummers naast, een jonge ritmesectie zorgt mee voor een snelle ritmiek. De ernst wordt verlicht met grapjes, die vaak gesublimeerd Jeugdverdriet zijn. Dit is de oude man, die weet dat de tijd de dagen verslijt, zoals hij treffend zingt in 'Cirkels'.

Van Veen is in dit alles voluit zijn eigen genre. In het begin vertelt hij over zijn jeugdvriendinnetje Truus, dat hem werd ontstolen door ene 'Joepie'. Kleffe nostalgie? Geenszins, want die laatste komt geregeld en steeds venijniger terug als de incarnatie van menselijke zwakheid, om in deel twee een ongenadige uppercut te krijgen als donkere drager van het Nieuwe Egoïsme. Van Veen laat zich duidelijk inspireren door wat vandaag in Nederland en in de wereld gebeurt.


Een zachte dood


Het tweede deel zit wat losser ineen, met tussen alweer veel nieuw werk ook een vers huldelied aan de Brugse bonbonnière waarin hij al decennialang speelt. En een grappige persiflage op het pathos van barokopera. Scherper raakte Van Veen met zijn reflecties over de dood, die de jongste jaren veel mensen in zijn leven heeft weggemaaid. 'Wie overlijdt, is diegene die achterblijft', zong hij in een nieuw lied dat volgende maand op single verschijnt. Bang is hij niet om te sterven, maar het lijden schrikt hem af. 'Gun me een zachte dood'; wat klonk dat diep gemeend.

Daarna begon de bisronde, zoals steeds een ' never ending game', met flarden hits zoals een opgefrist 'Anne'. Wonderlijk. Van Veen zat na zeven bisnummers eindelijk in zijn kleedkamer te bekomen, maar de diehards bleven roepen, dus liep hij opnieuw de trap af om nog even verder te doen.



Peter Vantyghem