TROUW
RINSKE WELS

Machtige show zakt in elkaar

5 nov 2014

Zanger, violist, clown, verhalenverteller en liedjesschrijver Herman van Veen is weer in Nederland op tournee met een nieuwe show. Hoewel, nieuw... Zijn voorstelling heeft een 'dagboekkarakter' en hangt af van het temperament en de gedachten van Van Veen op dat moment. Zo evolueert het heel geleidelijk, komt er nieuw werk bij - zoals nu bijvoorbeeld van zijn pasverschenen album 'Kersvers' - en wordt oud werk weer opgepakt. Van Veen heeft deze keer een troef in handen, hij vroeg naast zijn vaste muzikanten - gitariste Edith Leerkes en violiste Jannemien Cnossen - een aantal jonge jongens mee op tournee.


Noodgedwongen ook, want anderhalve maand geleden overleed zijn vaste pianist Erik van der Wurff, met wie hij ruim vijftig jaar speelde. De grote vraag is natuurlijk: kunnen die nieuwe muzikanten Van der Wurff vervangen? Ja en nee. Er staat wel een vleugel, maar het mooie is dat niemand erop speelt, behalve Van Veen zelf af en toe. Het is waarschijnlijk nog te vers dat Van der Wurff er niet meer is. In plaats daarvan zijn er drums, samples, beats en (elektrische) gitaren. Als Van Veen 'Rozengeur en maneschijn' van Rob Chrispijn inzet, is dat lied bijna onherkenbaar. Een nieuw en fris arrangement maakt van het oude lied een nieuw verhaal voor een nieuwe generatie.

Van Veen speelt een behendig spel met nostalgie. Aan de ene kant is zijn muziek modem, maar zijn teksten druipen van de weemoed, het verleden en de herinneringen. Hij grijpt, met een knipoog, terug op kinderliedjes en klassiekers als 'Manna' van Rocco Granata of 'Buona Sera Signorina' van Louis Prima. Een flard, soms wat langer, in ieder geval net niet lang genoeg om er helemaal in te blijven hangen.

De eerste helft van de titelloze show is machtig. Herman van Veen dartelt, danst en springt de hele avond over het podium alsof de tijd geen vat op hem heeft. Zijn idioom is als vanouds, maar alles heeft een nieuwe muzikale jas gekregen. Er wordt fantastisch gemusiceerd, de verhalen en grappen zijn goed en het tempo ligt hoog. In de tweede helft echter zakt dit mooie bouwsel als een plumpudding in elkaar. Dan gaat het wel erg nadrukkelijk en pathetisch over het verleden en de dood, zijn de grappen minder en wordt er relatief weinig gezongen.

Pas bij de toegiften - een fabuleuze versie van 'Alors on danse' van Stromae en een oprecht eerbetoon aan Van der Wurff met 'Liefde van later' - leeft de zaal weer op.



RINSKE WELS


Nog te zien in Carré in Amsterdam t/m 6 december. Vanaf februari door het hele land. Informatie: www.hermanvanveen.com