Peter Vantyghem schreef 11 maart 2003 in De Standaard (B)

Oorlog of geen oorlog, Vermandere zingt voort



BRUSSEL

,,Brussel is een mooie stad, maar Bagdad is ook een mooie stad'', zong Willem Vermandere zondag uitdagend in een nokvolle Ancienne Belgique. Veel twijfel liet hij er niet over bestaan: liedjes zijn klein en onbelangrijk, maar als het even kan, moeten ze de mensen toch een geweten schoppen.

Vermandere was naar Brussel gekomen om zijn nieuwe cd Op den duur voor te stellen. Voor de gelegenheid had hij vier muzikanten mee, én een koor uit Wilrijk. Dat koor zong enthousiast mee met onder meer het strijdlied ,,Bange blankeman'' en met die prachtige, haast mystieke evocatie ,,De wind''. Op zulke momenten was Vermandere groots.

Het concert was echter niet al te best begonnen, met enkele haperingen in Vermanderes stem die de toeschouwers even bezorgd deden opkijken. De man is de zestig gepasseerd en je vraagt je af waar hij de energie blijft halen om twee concerten, in de namiddag en 's avonds, na elkaar te spelen.

Hij gaf ook de indruk dat hij niet echt lekker in het programma zat. Omdat het een cd-voorstelling was, stonden de nieuwe nummers centraal. Dat bracht onzekerheid mee, de vertrouwde ruggengraat ontbrak. De ,,flow'' haperde geregeld, en daar werd Vermandere zelf nerveus van.

Maar hij is uit West-Vlaamse klei geboetseerd en ging dus gewoon wat forser staan, om nog harder te werken aan de ontmoeting die zijn concerten zijn. Hij las de tekst van ,,De scanner'' voor met een ritmische cadans waar jonge hiphoppers van kunnen leren. Hij mijmerde over het verlies van zijn broer Stefan en gaandeweg vonden de vaste elementen hun plaats.

Na enige tijd zat alles lekker. ,,Voor Marie-Louise'' en ,,Kyrie Eleison'', songs die ook Herman Van Veen ontdekt heeft, brachten de warme troost die veel van Vermanderes nog groeiende succes verklaren. Van zijn vorige liedjes-cd gingen bijna 20.000 exemplaren over de toonbank en dat wordt ook van deze cd verwacht.

Maar vooral wilde het concert een samenzijn zijn, een lichtbaken in donkere dagen. Over dat duister liet Vermandere geen twijfel bestaan. Hij nam zijn gitaar en beschreef hoe het instrument met de kruisvaarten vanuit de Arabische wereld naar hier gereisd was. ,,De Amerikanen hebben er alleen nog een elektrische plug in gestopt. Een van hun weinige uitvindingen die niet ontploffen.''

Zo ging het door: liedjes, verhaaltjes, en tussendoor, in die typische troostende voordracht, een boodschap van solidariteit. In de ogen van Vermandere zijn we allen migranten, allemaal mensen die afscheid genomen hebben van dorp, taal, levensgewoonten. ,,Zing maar voort, zing maar ongestoord'', besloot hij terwijl de lichten aangingen. Voor hem is het alvast een oplossing gebleken.ˇ


Willem Vermandere. Brussel, Ancienne Belgique, 9 maart.