Rob Gollin schreef 10 maart 2005 in De Volkskrant

"Ik heb geen boodschap. Dat is een misverstand".



Al veertig jaar zit Herman van Veen in het vak. Zagen critici eerst nog een softe wereldverbeteraar in hem, later richten ze hun pijlen op zijn onbegrijpelijke wijsheden. Maar de fans blijven hem trouw. "Elke keer als hij begint te zingen, kan ik wel janken."


LEEUWARDEN
'Thee nu!' 'Toneel, waar zijn jullie?' 'Waar is de gettoblaster? Dus afdeling gettoblaster?' Herman van Veen beent met gedreven pas over het podium van de theaterzaal in het schoolgebouw van ROC De Friese Poort, aan de rand van Leeuwarden. Professionele acteurs repeteren er Chopin, god en de pianist, en Mata Hari. Het is 'kamermuziektheater, kleinschalig toneel. Script en regie: Herman van Veen. Première: later dit jaar, misschien. Het is nog niet af. Hij ziet wel.
Van Veens oproepen zijn gericht aan leerlingen drama van de school. Zo komen ze erachter hoe het werkt, later, als ze verantwoordelijk zijn voor licht, decor, catering, of regieassistentie. Ze moeten wennen aan woordkeus en dictie. 'Ik vind jouw opkomst uiterst interessant', voegt Van Veen de student toe die de gettoblaster aanreikt.
Vanavond moeten ze na de try out voor familie en bekenden het podium op, vindt hij. 'En jij, ja jij daar, jij doet je haar dan in een staart. Dat vind ik mooi.' Runner Sam, de bos krullen nog los om het hoofd, kijkt wat verwonderd. Maar tegenspreken? Een heer van bijna 60, met een podiumervaring van veertig jaar?

ROTTERDAM
'Ik zal zingen tot mijn laatste adem.' Muzikant, chansonnier, clown, cabaretier, poëet. Invullen naar believen. Of gewoon openlaten. In het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam presenteert Herman van Veen deze januarimiddag het programma waarmee de dubbele mijlpaal wordt gevierd. Op 14 maart vindt er een speciale verjaardags-voorstelling plaats in Utrecht. Daarna volgen nog aan hem gewijde 'Nekka nachten' in Antwerpen. Intussen loopt een Nederlandse tournee. Den Haag, Rotterdam, Amsterdam. Over de inhoud wil hij op dat moment nog niets zeggen. Nou ja, één tipje dan. 'Er zit veertig jaar garantie op.'

DEN HAAG
Arme dus, onder meer, in een volle Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Altijd de statige galm in de stem: 'Er waren mooie baby's bij, maar de mooiste dat was jij.' Nog een klassieker: 'Hilversum 3 bestond nog niet. Maar ieder had zijn eigen stem. Op elke steiger klonk een lied. Van Paljas of Jeruzalem.' Korte grappen. 'Ome Koos is dood. Althans, dat hoop ik. We hebben hem gisteren begraven.' Ben Ali Libi zit er ook weer tussen, de goochelaar die in een concentratiekamp belandt. Het moest, zomaar, verklaart hij na afloop, achter een kop koffie en een tosti. Hij had eerder die week iets gezien op televisie, over de relatie tussen Irak en Syrië. Daarom.
'Het kan elke avond veranderen. Die spanning fascineert. Vergelijk het met de sfeer in de gang vol voetballers, vlak voor de wedstrijd. Je kunt het niet controleren. Nooit.'
Je zou toch denken dat hij het kunstje zo langzamerhand wel beheerst. Aan het begin van zijn loopbaan was hij de poëtische antipode van de pletwals Bram en Freek, toen nog in de beleving een hooguit wat softe wereldverbeteraar. Later groeide het venijn. Zijn o's waren te rond, zijn r's rolden te veel. Bij hem kon je horen of een woord op d of t eindigt, schreef een criticus. Meer nog dan de uitvoering, kwam de inhoud in het schootsveld. Van Veen serveerde een cocktail van onbegrijpelijke wijsheden, onvervulde verlangens en strooplaagjes weemoed. Wie kon hem nog volgen?
Over de grens hebben ze er nooit zo mee gezeten. Daar geldt hij als vernieuwend, is hij altijd die muzikant, chansonnier, cabaretier, clown, poëet. Duitsland omarmde hem, Oostenrijk, Frankrijk (zij het op beperktere schaal). Vlaanderen heeft het altijd al gedaan. Zelden gezaag over de boodschap. Vraagje van een Oostenrijkse verslaggeefster: heeft hij het vraagstuk van der, die of das inmiddels onder de knie?
Maar sinds de successen in het buitenland is ook Nederland milder geworden, lijkt het. Wat heet. Zijn laatste shows in 2000: 'hypnosesessie', 'niveau waarvan collega's niet durven dromen', 'de perfecte balans tussen de lach en een traan.'
Velen hebben hem nooit uit het oog verloren, er is zelfs een nieuwe schare bijgekomen. Dertig keer Carré, later deze maand. '32', corrigeert hij. Ja, dat doet hem wat. 'Het is een ijkpunt waarin je een constante blijkt in een geweldig veranderende omgeving.' 'Zag je al die hippe twintigers op de eerste rijen?', vraagt gitariste Edith Leerkes in Den Haag. Een statige dame in de schouwburgfoyer: 'Elke keer als hij begint te zingen, kan ik wel janken.'

ROTTERDAM
'Het was zwaar gisteravond.' Van Veen komt kort na de middag de cafetaria van het Nieuwe Luxor binnenlopen. Het was zijn tweede voorstelling in Rotterdam. Hij voelt al enkele dagen een griep opkomen. 'Vroeger zou ik mezelf op zo'n moment overschreeuwen. Nu neem ik juist gas terug. Vertragen. Ruimte vinden om het vorm te geven. Je leert altijd bij. Het is een subtiel spel van details.'
De vraag is of hij deze maanden het gevoel heeft dat hij met zo'n lange reeks voorstellingen, workshops en hier en daar eerbetoon zo'n beetje aan het thuiskomen is. 'Het is nog altijd een reis. Ik speel met tussenpozen van vier, vijf jaar in Nederland. Maar nu is er een ander besef. Dat wel. Dit sta ik over pakweg 35 jaar niet meer te doen. Daarom geniet ik er zo van.'
Van Veen: 'Ik heb me er nooit zo mee beziggehouden of ik nu weer op de juiste waarde wordt geschat. Ik kijk op een bepaalde manier naar dingen. Daar ben ik bij gebleven. Ik heb nooit met de tijdgeest te maken gehad. Ik heb niks met trends. Ik ben geen polemist. Ik ben geen theoreticus. Ik ben een ambachtsman.
Cynisme raakt me niet. Het is ongekend oppervlakkig. Het is van een verbijsterende apathie.
'Een beeld van mij is altijd een deeltje van de werkelijkheid. Er ontstaat een cliché van een cliché. Velen kennen mij alleen maar van de radio. Opzij opzij opzij. Dat is wat ik óók ben. 'Weet je, ik wil het niet onnodig ingewikkeld maken. Het is kennelijk verwarrend dat wat velen als beschaving zien, ik niet als beschaving zie. Ik denk dan altijd: ja, dat is óók zo. Maar het is niet alléén zo. Eén miljard kinderen hebben geen schijn van kans, zijn ten dode opgeschreven. Een-miljard. Dat is niet te bevatten. Dat is het saldo van wat wij beschaving noemen. De prijs van onze welvaart.
'Ik heb geen boodschap. Dat is een misverstand Maar Nederland is een calvinistisch land. De traditie van het cabaret is er dus calvinistisch. Als je daarbuiten valt, is dat merkwaardig. Altijd proberen ze je terug in dat kader te trekken. Maar dat is niet mijn kader. Het is gemakzucht. Trendy geneuzel. Ik ben muzikant, een muzikant die met taal en zijn lijf speelt.
'Het kan me eigenlijk niet zo veel schelen of mijn engagement wel goed begrepen wordt.
De vertaling naar de maatschappij is niet te doen. Als het allemaal zo helder was, zouden we in een andere wereld leven. Begrijp je? Onvoorwaardelijk opkomen voor de rechten van het kind. Dat is het antwoord op alle hypocriete polemiek.
'Ja, ik heb het wel over de oorlog in Irak. Over Bush en dat rare loopje uit zijn helikopter. Over zijn slippendragers in het Catshuis. Het is een misleidende oorlog, bedoeld voor het zekerstellen van economische werkelijkheden. Ik weet niet of mijn publiek er op zit te wachten. Ik vind dat niet zo belangrijk om me dat af te vragen. Mensen komen om ons te ontmoeten, om te kijken hoe het met ons gaat. Dan worden ze geconfronteerd met wat ons dwarszit, hoe ik ergens over denk. Niet omdat het zo is, maar hoe ik het ervaar. Theater is een vrijplaats waar dat soort analyses op hun plaats zijn. Daar bedenk je een vorm voor. Ik breng kennelijk iets teweeg bij mensen.
'Nee, dat is niet alleen maar de ontroering, de melancholie. Ik begrijp waarom je dat zegt. Maar je hebt het niet in de hand. Een lied over mijn vader is nu een lied van een grootvader die zingt over zijn vader. Begrijp je wat ik bedoel? De werkelijkheid rondom een lied verandert. Pas is in Oostenrijk een schilderij van Mozart ontdekt. Heel anders dan het bestaande beeld. Een open, Bourgondische, blozende man. Veel dichterbij Schubert dan ik dacht. Daarmee is mijn kijk op hem gewijzigd. Onontkoombaar. Lees mijn programmaboek. Daar staat een gedicht van Jan Campert in. De eerste zin is 'Die trouweloos van aard als ik.' Nu bekend is dat hij door verzetstrijders in Neuengamme is omgebracht is het een volkomen andere tekst geworden.
'Wat je doet, heeft wel altijd met herinnering te maken. Een gestolde vorm van iets wat je gisteren of jaren geleden hebt ervaren. Wat ik heb geleerd in al die jaren is dat het met projectie te maken heeft. Als ik zing over een huis of een straat, zie ik het - en als ik heel geconcentreerd ben, ruik ik het. De kans is groot dat de mensen in de zaal hun huis, of hun straat zien. Het is een archetype in gevoel.
'Je wilt iets moois maken, je wilt dat het een belevenis is. Misschien heb ik het mooiste al gedaan, ik weet het niet. Maar ik ben verheugd dat er nieuw publiek komt. Toen ik begon zaten er veel ouderen in de zaal. Velen zijn dood. Een generatie weg. Ik ben nu ouder, en nu zitten er jongeren in de zaal. Ik begreep dat gisteren zo ongeveer de helft van de zaal mij voor het eerst zag. Dat vind ik bijzonder. Dat is prachtig. Het zit al veertig jaar vol. Er is kennelijk geen probleem met de helderheid.'

LEEUWARDEN'Ik heb meer vertrouwen in jou dan jij in jezelf. Kan je daar wat mee?' In De Friese Poort praat Van Veen in op acteur Frédérik Steenbrink. Die speelt in Chopin de rol van een gekwelde pianist die zich de componist waant. Het was Van Veen opgevallen dat Steenbrink licht aarzelt bij sommige handelingen. 'Hij wilde wat ratio toevoegen in zijn rol. Dat past niet in zijn waanzin.'
Steenbrink: 'Hij destabiliseert je. Hij is lichtjaren verder. Je kunt niets anders dan je helemaal aan hem over te geven.' Van Veen: 'Een goeroe? Ik? Ik heb een buurman. Als hij in de tuin spit, is het alsof de schop geen gewicht heeft. Hoe doet hij dat toch? Bij mij doet het overal zeer. Op zo'n moment is hij voor mij een goeroe. Je kunt iemand vertrouwen in zijn bekwaamheid.'
Als de leerlingen zich 's avonds op het podium verzamelen om het applaus van familie en bekenden in ontvangst te nemen, heeft runner Sam zijn haar in een staart gebonden.



Herman van Veen, t/m 12 maart in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam, 22 maart tot 24 april Carré, Amsterdam. Op 14 maart speciale voorstelling Stadsschouwburg Utrecht, 16 en 18 maart Sportpaleis Antwerpen.