Herman van Veen schreef in het Utrechts Nieuwsblad van 5 juni 2004

Viespeuk

Herman's Utrecht is een serie herinneringen van een Utrechts jochie van 59 jaar dat opgroeide in de Utrechtse Vogelen buurt. In maart volgend jaar viert Herman van Veen zijn 60-ste verjaardag met een exclusieve voorstelling in de Utrechtse Stadsschouwburg. Vandaag aflevering 3:


IJsbloemen op het raam, hele boeketten. Met mijn adem probeerde ik de ranke vormen te ontdooien. "Herman, de kolen zijn op. Kun jij een kit bij oma halen en dan even langs de Singel lopen om een mud antraciet te bestellen," vroeg mijn moeder.
Toen ik uit school thuis kwam, stonden de fietsen buiten. De hele gang lag vol met kranten. De kolenboer sjouwde met een juten zak over zijl hoofd behendig zakken antraciet naar ons schuurtje achter het huis.
"Blijf buiten staan. Ik wil niet dat je door het hele huis loopt. Als hij - hij, dat was de kolenboer -, weg is, haal ik eerst de kranten weg. Dan kun je pas naar binnen." Ik ging op de vensterbank zitten. Keek naar het : paard voor de wagen vol kolenzakken. Zou ik? Klom op de bok, pakte de teugels, stelde me voor dat ik Roy Rogers was die achtervolgd werd door roodhuiden. Zat te wippen op de bok alsof het echt was. De buurman kwam voorbij. "Hé, Ben Hur" riep hij. "Nee, ik ben Roy Rogers," en ik gaf onbedoeld , een ruk aan de teugels. Het paard deed een stap naar voren en ik tuimelde languit achterover in een hoop kolengruis. De kolenboer kwam met mijn moeder naar buiten. Ze zagen mij spartelen. "Die jongen van u steekt zijn neus in andermans zaken, mevrouw Van Veen."
Mijn moeder was pisnijdig. Ze trok me aan mijn oor uit de wagen. "Zo, nou blijf je hier staan tot je vader thuis is. Kan hij eens goed naar je kijken. Misschien denkt hij wel dat het weer Sinterklaas is en herkent hij je niet. Je denkt toch niet, dat ik je vanavond ga wassen, viespeuk?"

Mijn vader deed alsof hij boos was, klopte mijn kleren uit, waste mijn handen, maar mijn gezicht niet. Dat vond hij veel te vies, zei hij. Ik moest me weer aankleden, zat beteuterd met een zwart gezicht aan tafel. Kreeg geen hap naar binnen. "Herman, wij gaan naar het badhuis." Ik keek naar mijn moeder. Ze zat met opgetrokken wenkbrauwen naar mijn vader te kijken. Mijn zusjes waren opgehouden met eten. Er stond iets belangrijks te gebeuren. Ik ging rechtop zitten Was ongelooflijk blij dat ik in het kolengruis was gevallen. Stel je voor, naar het badhuis met je vader. Waar al die grote mannen naartoe gingen. Betekende dat, dat ik nu groot was? Volgende week zou ik acht worden. "Ja, hoor," hoorde ik mezelf zeggen, "mama, ik ga mee naar het badhuis. Mag ik een handdoek pakken?"
Ze knikte. Ik schoof mijn stoel naar achter, rende trap op, haalde uit de linnenkast een handdoek en denderde de trap af. "Gaat U mee?" M'n vader stond op, gaf mama een kus. "Jan," zei mijn moeder, "gebruik de handdoek van Herman." Vanavond zou ik niet gewassen worden door mijn moeder,, niet op het aanrecht worden ingezeept, niet worden afgespoeld in de teil, niet worden drooggewreven en op de grond getild. Vanavond werd ik groot. Vanavond ging ik met mij vader naar het badhuis. Hand in hand liepen wij de schemerige straat uit. Op de hoek bij de patattent hingen zoals altijd de meeste kinderen var de buurt met fietsen, brommers en autopetten. "Herman," riep Piet, "zullen we voetballen?" "Nee, ik ga naar het badhuis.'' Mijn woorden moeten enorm veel indruk gemaakt hebben, want precies op dat moment begonnen de kerkklokken te luiden. M'n vader kocht een kaartje voor een kwartje voor een kwartiertje douchen. "Mag mijn zoon voor hetzelfde geld?" De juffrouw knikte en schoof een stukje zeep met een kaartje over de balie. We gingen op een bank zitten zoals bij de tandarts. Ik was het enige jongetje. "Is die viespeuk je zoon," vroeg een geweldig dikke kerel. "En, pikkie, kun jij zingen? Jij mag niet in het badhuis als je niet kunt zingen."
Een zoemer ging. Een deur klapte open. Ik keek nu in een lange gang met aan weerszijden tientallen deurtjes. Mannen in witte pakken liepen op slippers door de gang en bonkten op de deuren.
"Afdrogen, aankleden, opschieten. Schoner worden jullie toch niet. De wachtkamer zit vol met viezeriken."
De eerste gewassen mannen kwamen naar buiten, neuriënd en fluitend. De witte mannen maakten de douchecabines schoon. "Over vijf minuten gaan de kranen aan." M'n vader stond op. We liepen door de gang en stapten een douchecel binnen die niet veel groter was dan onze wc. Aan de binnenkant van de deur hingen bleke houten haken. Papa begon zich uit te kleden. Ik vond dat heel spannend. Ik kende hem natuurlijk wel van bijna bloot in bed omdat hij altijd een slobberige onderbroek aanhield. Maar ik zag nooit hoe hij zich uitkleedde. Eerst overhemd, dan schoenen en sokken, dan broek en toen zijn onderbroek. In een flits zag ik zijn piemel. Zoiets als de mijne maar dan iets groter en de zijne hing naar links en kwam uit een .. baard.

Ik draaide me verlegen om en had me in een wip uitgekleed. Ik hing mijn onderbroek naast de zijne en zag tot mijn tevredenheid dat ook hij een remspoor in zijn broek had.
Rug aan rug stonden we onder de douche te wachten op het water. Dat kwam in een verpletterende straal, alsof de hemel openbrak. Warme regen. Papa begon zich in te zepen. Ik stond buiten adem aan de douchebak genageld. Waste zijn rug, hij mijn rug. En de mannen zongen: "All the chapel bells are ringing in the little valley town. 'La la la la la la la la," van Les compagnons de la Chanson en Edith Piaf.
Het badhuis klonk als een kerk. Twintig mannen en een pikkie van acht met kippenvel galmden uit volle blote borst begeleid door warm stromend Utrechts leidingwater. Ik was zielsgelukkig. In het badhuis met mijn vader.


Dit verhaal heeft er hopelijk een beetje toe bijgedragen dat het oude vertrouwde Badhuis aan het Wilfem van Noortpfein vorig jaar door de gemeente Utrecht vooralsnog niet is afgebroken en als ontmoetingsplaats voor met name de oudere Utrechters mogelijk kan blijven bestaan.


Een mud antraciet

De mud Is een niet meer bestaande inhoudsmaat voor aardappelen, graan en kolen. In een mud gingen honderd liter. Antraciet geeft van alle steen-koolsoorten de meeste warmte. Echte antraciet is keihard, glanst, geeft niet zwart af en produceert bij verhitting nauwelijks gas (zo'n zes procent).


Ben Hur

Ben-Hurwas in 1959 met 15 miljoen dollar de duurste film aller tijden en vertelt het verhaal van de joodse edelman Ben-Hur (Charlton Heston) die in het Palestina van Jezus van Nazareth verraden wordt door zijn Romeinse vriend Messala. Ben-Hur belandt in slavernij, komt vrij en neemt in een bloedstollende race met Romeinse strijdwagens wraak.


Roy Rogers

'De koning van de cowboys' was de bijnaam van de Amerikaanse 'singing cowboy' Roy Rogers (1911-1998). Hij speelde de 'good guy' in meer dan honderd films, had tussen 1951 en 1957 zijn eigen wekelijkse tv-show en was in de jaren vijftig ook in Nederland de held van het witte doek. Roy's handelsmerken waren zijn witte hoed en zijn paard Trigger dat in alle films en shows meespeelde. Ook doodde hij zijn in het zwart geklede tegenstanders niet maar ontwapende ze door hun revolver uit hun handen te schieten.


Edith Piaf

Piaf - musje - was de bijnaam die de Franse chansonnïère Edith Gassion (1915-1963) in 1935 kreeg toen zij als straatzangeres werd ontdekt door de Parijse revue-exploitant Leplée. Als Edith Piaf behaalde zij grote successen. Een aantal nummers verwierf wereldfaam, zoals het in vele talen vertaalde nummer Les Trois Cloches met Les Compagnons de la Chanson uit 1946 en natuurlijk Je Ne Regrette Rien.


Het Badhuis aan het Willem van Noortplein

Het badhuis werd gebouwd door de Vereniging voor Volksbaden in 1927 en tot eind jaren zestig begin jaren zeventig als zodanig in gebruik. Badhuizen dienden voor de 'verheffing'van de gewone man, die thuis niet over een douche of bad beschikte: "Zij die zindelijk op hun lichaam zijn, zullen dat ook zijn op hunne kleederen, hunne woning, hun geheele omgeving ....". In Utrecht werd vooral gedoucht, terwijl bijvoorbeeld in Amsterdam vaker een bad werd genomen. De laatste jaren was het Oude Badhuis onder meer in gebruik als dienstencentrum voor ouderen, maar per 1 januari 2005 komt daar - ondanks protesten - een eind aan. Wat er met het gebouw gaat gebeuren is niet bekend.

Research: Rian van Kuppenveld

Reacties

Weet u meer over hoe er het vroeger in de Utrechtse badhuizen aan toeging. Reacties van lezers op Herman's Utrecht zijn van harte welkom. Dat is alleen schriftelijk mogelijk, het liefst per email. U kunt uw reacties/herinneringen sturen naar hermanvanveen@un-ac.nl of per post: Utrechts Nieuwsblad/Amersfoortse Courant, postbus 500, 3990 DM, Houten onder vermelding van Herman's Utrecht. Bij publicatie kan het nodig zijn uw bijdrage in te korten.