Frans van den Brink schreef op 3 maart 2000 in de Tubantia


Boosheid over niet recenseren



Het beleid dat de krant voert op het gebied van recensies roept elke keer weer boze reacties op. Op zich ook heel begrijpelijke reacties, want - om een recent voorbeeld aan te halen - je zult maar volop hebben genoten van een optreden van Herman van Veen en daarover geen woord in je krant terugvinden.

`Waar een regionale krant klein in kan zijn`, reageer je dan al snel. Het vraagstuk wat we wel en wat we niet recenseren, is waarschijnlijk al bijna zo oud als de krant. Het zal ook blijven bestaan, want een oplossing die iedereen bevredigt is niet te vinden. Er zijn twee uitersten: alles recenseren of niets recenseren. Laat ik beginnen met `alles`.

Kijk in de uit-agenda en het begint je al te duizelen. Wekelijks zijn er in het lezersgebied van deze krant tientallen uitvoeringen door beroeps- en amateurgezelschappen. Ervaring heeft geleerd dat, wil je een leesbare pagina maken waar ook nog foto`s op staan, zeven recensies het maximum is. De krant die een recensent naar elke uitvoering stuurt, dient vier, vijf soms zes pagina`s in de week te reserveren voor beschouwingen. Wie gaat ze lezen? Hooguit een deel van de bezoekers.
Het andere uiterste is niets recenseren. Gemakkelijk (je kunt de plaatsruimte aan iets anders besteden), goedkoop (je hoeft geen recensent te honoreren) en duidelijk (de lezer zal nooit een recensie in deze krant aantreffen; punt uit). Maar ook zeer onbevredigend en onjuist. Er zijn concerten en uitvoeringen waar je aandacht aan behoort te schenken. De vraag is alleen: welke zijn dat?
Waar ligt de grens? Grote gezelschappen die hun wortels hebben in het lezersgebied horen bekeken en beluisterd te worden, daar is iedereen het snel over eens. Het Orkest van het Oosten, de Reisopera, je kunt ze als krant niet laten schieten. Maar hoe zit het met de Mattheus Passion? Met de grote kerstoratoria? Met de harmonie- en fanfareorkesten die tot de landelijke top behoren? Als krant wil je ze aandacht geven. Hetzelfde geldt voor koren, voor amateurtoneelgezelschappen, voor... Als je doorredeneert kom je uiteindelijk bij het eerste uiterste: alles recenseren.

Een tussenoplossing is: mondjesmaat recenseren en daarbij de regionale gezelschappen en artiesten absolute voorrang geven, en ruim aandacht besteden aan voorpubliciteit. Menige vereniging, menige artiest en uiteindelijk ook menige krantenlezer is beter af als er - voor een uitvoering plaats heeft - een artikel daarover in de krant staat. In plaats van dat er achteraf in een recensie wordt gemeld of de thuisblijver al dan niet ongelijk had.
Om terug te komen op de vraag van de boze abonnee. Dat prachtige optreden van Herman van Veen is niet gerecenseerd, omdat het een van de uitvoeringen in het landelijke circuit betrof en geen première. Omdat de grote achterban van Van Veen zijn optredens altijd prachtig vindt. Omdat het geen zin heeft elke keer hetzelfde te schrijven. Aandacht aan het optreden voordat Herman van Veen naar deze regio komt - en dat is ook uitgebreid gebeurd - is veel zinvoller.
Sommige abonnees willen het volle pond: altijd aandacht vooraf en bovendien ook een recensie. Geen krant die zich daar aan waagt. Daarvoor zijn er in ons land en zelfs alleen al in deze regio veel te veel concerten, optredens en uitvoeringen.






terug naar de index