DAGBLAD TUBANTIA
Joh. M. Pameijer

Derde Gouden Handen-prijs voor Herman van Veen

"Zijn kunst dient de kwetsbaren"



26 maart 1984
'S-HEERENBERG - De Gouden Handen-onderscheiding 1984 wordt morgen uitgereikt aan Herman van Veen. De levenskunstenaar, die zegt na een voorstelling alleen nog handpalmen te zijn, wordt daarmee gelauwerd vanwege zijn sociale bewogenheid. Of zoals het in de persbrief van Gouden Handen heet: „Het eerbewijs wordt hem verleend uit respect en bewondering voor de uitzonderlijke wijze, waarop Herman van Veen zich zelf en zijn kunst onvoorwaardelijk in dienst stelt van de kwetsbaren, de hongerigen en de naamlozen in de samenleving en zo als zanger van naastenliefde, tolerantie en hoop - wezenlijk bijdraagt tot de humanisering van de samenleving."


Na Elisabeth Kübler-Ross en Mirananda-uitgever Carolus Verhuist is Herman van Veen de derde, die deze onderscheiding krijgt. Gouden Handen, dat unieke centrum van onze nationale creativiteit met grote aandacht voor het paranormale, de dood, het geestelijk leven en de alternatieve gezondheidszorg, zet jaarlijks iemand in het zonnetje, in wie zij haar eigen idealen herkent. Morgen trekt half Nederland naar 's-Heerenberg om getuige te zijn van de plechtigheid.

De aanleiding tot de keuze van dit jaar was merkwaardigerwijs een optreden van Herman van Veen op de bank bij Mies Bouwman. Op de vraag welk boek hem de laatste tijd het meest had aangegrepen antwoordde hij „Leven met stervenden" van Elisabeth Kübler-Ross. Toen was er bij Leo Uittenbogaart, de voorzitter van de Stichting Gouden Handen, een lampje gaan branden. Enige tijd later liep hij tegen de cabaretier aan op een lezing van Kübler-Ross in Den Haag. Herman van Veen doet immers veel voor Unicef en voor de door hem zelf opgerichte Stichting Colombine.

„Het fenomenale van deze man is, dat hij het publiek niet alleen maar vrijblijvend wil laten lachen, maar via het podium niet aarzelt om de verschrikkelijkste misstanden in de maatschappij .aan de orde te .stellen," zegt voorzitter Uittenbogaart, twee dagen voor de officiële heropening van Gouden Handen als de voorbereidingen tot een kookpunt zijn gestegen.

„Om te beginnen is Herman gek van kinderen; hij heeft er zelf vier. Wat hij zich enorm aantrekt is dat er miljoenen kinderen in de Derde Wereld honger lijden. Op een van zijn bezoeken aan de Derde Wereld werd hem door een moeder een doodgehongerd kindje in de armen gelegd. Dat heeft hem een onvoorstelbare schok gegeven.
Hij zegt dan ook: je kunt op de televisie duizend beelden van hongerende kinderen zien. Pas als je er een keer lijfelijk mee wordt geconfronteerd besef je wat honger betekent. Dat is de reden waarom hij besloot om al zijn optredens en al zijn vrije tijd eraan te wijden om de wereld op te roepen tot barmhartigheid en hulp. Dat is geen onderwerp. waarmee je je als artiest populair maakt.


Colombine


Zo heeft Herman bijvoorbeeld opgericht de Stichting Colombine. Het gaat vooral om vrouwen die door armoede gedwongen zich aan prostitutie overgeven. Zijn doel is om ze aan gewoon werk te helpen, zodat ze van die prostitutie afkomen. Op allerlei manieren ondersteunt hij acties om geld te werven voor dat doel. Hij laat geen gelegenheid voorbij gaan.
Ik mag wel zeggen dat een goed deel van zijn eigen jaarinkomen uitgegeven wordt aan hulp aan de hongerenden in de Derde Wereld. Die man doet iets.
Niet obligaat, maar vanuit zijn hele ziel. Als hij al die items in zijn shows naar buiten heeft gebracht kun je hem in de kleedkamer uitwringen. Dan is die man doodmoe, uitgehold, leeg. Maar hij blijft de vriendelijkheid zelve.
Want dat is zijn norm: vriendelijk zijn voor elkaar. Als iemand hem na de voorstelling wat wil vragen zal hij altijd antwoord

Daar komt bij, dat hij een fervent bewonderaar is van Elisabeth Kübler-Ross en haar begeleiding van stervenden. Daar vonden ze elkaar helemaal in.

Bovendien heeft hij zelf paranormale ervaringen gehad. Er gebeuren hem dingen, die hem verwonderd doen zijn. Daarin heeft hij Shiriey MacLaine gevonden, die ook een ommekeer in haar leven kreeg, nadat ze paranormale ervaringen heeft gehad. Herman is zich allerlei vragen gaan stellen, zoals: Wie ben ik eigenlijk? Wat doe ik eigenlijk? Wat is mijn taak op deze wereld? Hij heeft een beeld van een betere wereld, een wereld zonder honger, een rechtvaardige wereld van gelijkwaardigheid. Hij stelt zich in dienst van dat ideaal. Daarom noemt hij zichzelf wel eens de "zanger van hoop". Hij wil de wereld als het ware beter zingen.

Wij van Gouden Handen gaan samen met Herman van Veen werken aan een actie voor betere stervensbegeleiding. Wij willen proberen te bereiken dat mensen menswaardig en thuis kunnen sterven. Herman is diepgaand bezig met de dood, want dat hangt samen met leven. Als je net de dood bezig bent ben je heel bewust met het leven bezig".

Op de eerste verdieping van het voormalige klooster aan de Enunerikseweg zijn drie ruimten gewijd aan het werk van Herman van Veen. Men kan foto's zien van zijn optredens, platenhoezen bekijken die zijn „Harlekijn" heeft uitgebracht, diepzinnige teksten lezen, die hij in programma's gebruikt en beelden zien van zijn sociale bewogenheid. Ergens zegt hij: „Geld maakt de mens arm".

Herman heeft de onderscheiding niet aanvaard om zelf weer eens in het zonnetje gezet te worden. Dat is al genoeg gebeurd bij andere gelegenheden. Zijn carrière staat bol van de onderscheidingen. Maar voor geen enkele liep Herman van Veen zo warm als voor deze uit Het Montferland. „Want hier komt het werk centraal te staan, dat altijd een beetje verborgen blijft achter de artiest, de clown, de liedjeszanger. Het werk, daar gaat het om".
Die onderscheiding geeft de kans om aan dat werk ruime aandacht te schenken. Daarom is de prijs ingesteld en daarom heeft Herman van Veen hem zo grif geaccepteerd.

Overigens is Gouden Handen weer geopend, dagelijks van 10 tot 18 uur. De gehele collectie is aangevuld en vernieuwd. Nieuw zijn bijvoorbeeld enkele interessante collecties volkskunst, onder andere van de oorspronkelijk bewoners van Australië, de Aboriginals.



Joh. M. Pameijer