Leidsche Courant
Ton Oliemuller

Herman van Veen druk in de weer voor "Pol" en zieke kinderen

24 maart 1988

HILVERSUM - Alweer enige tijd geleden zat de artistieke directie van het Rotterdamse RO-theater, Jos Thie en Antoine Uitdehaag, dringend verlegen om Herman van Veen. Zij wensten Harlekijnmuziek bij hun opera "Pol", die half april in première moet ter opening van de nieuwe Rotterdamse Schouwburg achter De Doelen. Herman bleek onachterhaalbaar. Zo zat hij met zijn toernee in West-Berlijn, zo in Parijs, zo in Oost-Duitsland, of voor een interview op het Zweites Deutsches Fernsehen. Tot zij er lucht van kregen, dat hij tussen de bedrijven door ook Antwerpen zou aandoen. Daar klikte het gelijk tussen de RO-directie en de Harlekijnman, die in de schelm "Pol" iets moet hebben herkend van een verwante figuur. Samen met zijn muzikale kompaan Erik v.d. Wurff zette hij zich aan het componeren. Niet minder intens zocht de AVRO-amusementsman Gerrit den Braber naar Herman van Veen, evenals regisseur Henny Budie. Eind april moet er een "Herman in Concert" van anderhalf uur op de buis. Herman zal daar zelf in zingen, o.a. zijn lied over de tovenaar, die het aanschijn der wereld ten goede zal keren, mits men in hen gelooft, maar zich ook laten omgeven door gereputeerde gasten. Herman zal die zelf presenteren en gesprekjes met hen voeren. Op 7 april al zullen de opnamen hiervoor worden gemaakt in het Jaarbeurscongrescentrum in Utrecht.


Herman: "Dit concert moet je zien als een uitvloeisel van mijn activiteiten voor de Harlekijnstichting Colombine, als een liefdadigheidsconcert. Zoals ik ook schreef in het pas verschenen boek "Donkerlokje" (uitgeverij Pelckmans te Kapellen), waarvan de opbrengst is bestemd voor de zieke kinderen in de Rotterdamse Daniël Den Hoed-kliniek, waar jonge kankerpatiëntjes speciale opvang en behandeling krijgen.


Gasten


Van Veen bracht zelf enkele deelnemende artiesten in voor dit concert, waarna Gerrit den Braber toezegde voor nog meer te zullen zorgen. Vast staat in elk geval, dat de klassieke pianist Mudge er bij zal zijn en de gitarist Michael Hedges. Ook zal de popgroep "Het Goede Doel" verschijnen met leadzanger Henk Westbroek. Verder staat Gerry Rafferty voor het toverliedje, waar Herman van Veen zo graag op inhaakt. Herman: "De Stichting Colombine werkt aan meer menswaardigheid. Het onrecht moet de wereld uit, zodat mensen het gevoel van eigenwaarde kunnen vasthouden. Als Unicef-ambassadeur gaat daarbij mijn zorg speciaal uit naar kinderen. Colombine adopteerde daarvoor de dr. Daniël Den Hoed-kliniek te Rotterdam.

Kankerpatiëntjes worden daar verpleegd met alle mogelijkheden die de moderne wetenschap op dit punt te bieden heeft. Kinderen met leukemie en kwalijke tumoren krijgen beenmergtransplantatie. Hierbij bestaat gevaar voor infecties. Dit moet daarom geïsoleerd gebeuren. De kosten daarvan wil Colombine voor haar rekening nemen. Het gaat vooral om het humane aspect, om het scheppen van een situatie waarin het patiëntje in zijn soms wanhopige toestand toch optimaal contact kan hebben met zijn omgeving. Daar zit die menswaardige kant aan waar de Harlekijnstichting voor wil staan."

Zo benadert Herman deze patiëntjes. Hij weet hoe je met kinderen praten moet. Net als Charlie Chaplin zal hij altijd wat melancholisch blijven, een toets van lichte treurnis, eeuwig geschraagd door vertrouwen op de goede afloop. Herman brengt deze levensopvatting zelfs in het Latijn onder woorden: In tristitia hilaritate hilaris tristis, waarmee hij maar wil zeggen: in de lach ligt de droefheid, in de droefheid de lach, lach door je tranen heen.


Polletje


"Polletje Piekhaar" blijft een legendarische Rotterdamse figuur, in het leven geroepen door de schrijver Willem van Iependaal. Een jochie, geboren uit een liefde tussen een wasvrouw en een rechter, een onecht kind, maar van harte zo echt als een kind maar zijn kan, toch een schelm die het maatschappelijk ver zal schoppen.

Jos Thie: "Wij hébben niet het boek als model genomen voor onze openingsvoorstelling, maar de figuur. Antoine Uitdehaag en ik schreven het libretto voor deze opera. Wij pakken "Pol" op als hij twintig jaar is en op zoek gaat naar zijn vader. Ons stond voor ogen een opera op basis van toneel, waarin met verve wordt gezongen en met vaart wordt geacteerd. In de rol van Pol hebben wij Huub v.d. Lubbe staan, de leadzanger van de popgroep "De Dijk" uit Noord-Holland. We kennen hem uit de film "De aanslag" van Fons Rademakers. Hij speelt de tragische held, in die zin een universele figuur. Zijn vader, de rechter, wordt ingevuld door Ramses Shaffy en Lex Goudsmit zien we als officier van justitie.

Marjol Flore beweegt zich zingend door de scene als de tweede moeder van Pol. Het toneel komt vol mensen te staan, Rotterdamse straattaferelen, met figuranten ook. Een orkest van acht man, Harlekijnmuzikanten aangevuld met enkele Rotterdammers zorgt voor de muziek onder directie van Erik v.d. Wurff."

Het gaat om een eenmalige voorstelling, op twee avonden te bezien, op 14 april in première en daags erna als openingsvoorstelling. Of deze opera daarna elders in het land te zien zal zijn, hangt af van wat de grote theaters er financiëel voor over hebben. Het is in elk geval een kostbare produktie.


Warm


Jos Thie vertelt, dat hij in Ant-werpen in de pauze van een voorstelling geen kwartier met Herman heeft hoeven praten om hem warm te krijgen voor de muziek, waarin "Pol" on-dergedompeld moet worden. Zeker had Herman er geen moeite mee, omdat hij als ideeënman in zijn muziekvriend Erik v.d. Wurff een man heeft die het vak tot in zijn vingertoppen beheerst. Die twee vullen elkaar op gelukkige wijze aan, werken inspirerend op elkaar in. Tussen hen heerst een creatief proces waarvan derden meeprofiteren.

Erik v.d. Wurff: "Thie en Uitdehaag stonden op de Harlekijnmuziek, die Herman en ik altijd ontwerpen, een mengeling van klassiek en pop. Daar hebben wij scheutjes laatromantiek uit de vorige eeuw aan toegevoegd. Dan moet je denken aan Wagner en Strauss. Bovendien zul je elementen herkennen ontleend aan het Franse chanson. Onze keus voor het instrumentarium pasten wij daarbij aan. We hebben er akoestische instrumenten in en een synthesizer, maar ook een hobo en pauken. Ik sta dat nu elke dag in te studeren, terwijl Herman af en toe komt kijken om als theaterman aan te geven, hoe en wanneer handeling en muziek nog dramatischer in elkaar kunnen grijpen dan nu al gebeurt. Voor het slagwerk hebben we Rotterdammers gekozen, die weten hem te raken, terwijl ik behalve de handgestuurde directie ook de toetsen onder handen neem. Op die manier word ik ook in de handeling betrokken."

Herman blijft intussen moeilijk bereikbaar, maar als een Pierrot duikt hij steeds op tijd weer uit zijn doosje op en laat hij zijn sporen na.



TON OLIEMULLER