ROTTERDAMS DAGBLAD

Herman van Veen even terug uit the States

23 sep 1994

Herman van Veen is al een jaar of drie niet meer in de Nederlandse theaters te zien geweest, maar hij is niet voorgoed vertrokken. Alleen moeten zijn trouwe fans nog even geduld hebben, want zijn eerste show in ons land is pas in januari 1996. Hij is net een paar maanden terug uit de VS en Canada. In de pers werd zijn Amerikaanse show 'ln concert' alom bejubeld. Van Veen blijft er vrij nuchter onder. "Ach, de tournee was inderdaad geslaagd. Maar dat vind ik van mijn Amerikaanse debuut in 1983 ook. Zien we straks een andere Herman van Veen in Nederland, na al die jaren van afwezigheid? "Nee, geen andere, wel een oudere.


Ik verheug me er op weer in eigen land te spelen. In de eigen taal, want die spreek je toch het best. Het doet me onderhand pijn dat ik zolang ben weggeweest. De dingen gaan anders dan ik ooit voor mogelijk had gehouden. Kijk, als kind heb je een bepaald idee van het leven. Hou je van voetballen, dan wil je bij Ajax spelen, daarna bij een Italiaanse club en tenslotte weer bij Ajax. Ik wil spelen óp die plekken waar het ook 1994 is, waar dingen gebeuren. In een stad als Parijs bijvoorbeeld. Daar gebeurt ontzettend veel en als jij er in het theater staat, maak je daar deel van uit.

Dat is een heerlijk gevoel. In Holland vertegenwoordig ik iets bekends en in New York ben ik de representant van een andere cultuur. In Nederland ben ik een gezellig kopje koffie, en in het buitenland een vreemd drankje maar wel zeer smakelijk. In Nederland ontbreekt een stuk hevigheid in de herkenning. In New York heb je die hevigheid wel. Juist omdat je voor hen een vreemde vogel bent, zijn de mensen zeer getroffen wanneer ze in je werk iets herkenden. In de Allee Tully Hall in New York bijvoorbeeld ging het publiek staan toen ik 'Ich lieb i'dicn' nicht' van Kurt Weill zong. Geweldig." Dit lied is een van de veertien nummers op Van Veens nieuwste cd 'My cat and I.Nedérlands.
Verder nog plannen?
Van Veen: "Jazeker, ik wil nog steeds mijn oude droom waarmaken: liederen van Schubert en Schumann. Polydor voelt daar niet veel voor, maar desnoods breng ik die cd in eigen beheer uit. Polydor wil me in het spoor houden waarin ik zit. Dat was in 1978 ook al zo toen ik die plaat met kerstliederen opnam. Dat is op heel veel verzet gestuit, maar moet je zien hoe populair die plaat is geworden. Wat dat betreft kun je een platenmaatschappij en een artiest vergelijken met een kudde antilopen en een leeuw. Het zijn natuurlijke vijanden, maar ze kunnen niet zonder elkaar."