het Binnenhof

MAGIE VAN MEESTER HERMAN OP ELPEE

23 augustus 1976

Aan wat Herman van Veen het slot dacht te zijn van zijn serie voorstellingen in het Amsterdamse Carré liet hij door Polydor/- Harlekijn opnamen Van zijn optreden maken voorheen dubbelelpee in fraaie hoesvcrpakking. Amsterdam kwam echter niet uitgejuicht om Herman zodat tot een verlenging werd besloten. Men kan nu de Grote Meester aanschouwen in de zaal en thuis gekomen de naald op de schijf zetten.


Dit is dan dubbel-op, maar wel zeer verhelderend, want als je door Herman meegesleept wil worden, moet je aan zijn voeten gaan zitten. Luisterend naar de plaat sorteert dit verlangen veel minder effect. Herman is een man met uitstraling, met een zekere magie, waarmee hij macht krijgt over zijn gehoor. Je laat je kritiekloos meeleiden door zijn zang en zijn muziek en daar doet de hele zaal aan mee. Hoor je zijn plaat, dan ben je geneigd hier en daar een vraagteken bij te plaatsen achter teksten, die zijn opgebouwd uit associatieve woorden en beelden zonder pointe, zonder zinnige uitkomst en zonder verhelderende werking.

In de zaal word je door hem van de ene verbijstering in de andere gevoerd. Wij schreven daarover al: Zijn magie bestaat uit een mengsel van werkelijkheid en surrealiteit. Die haalt hij voortdurend door elkaar, zowel in zijn tekst in een roezig soort muziek als in zijn pantomimisch bewegen, dat in een droom van kleurig licht wordt gevat. Nostalgie, dichterlijkheid, vreemde klanken, dissonanten, overgevoeligheid, parodie, volks vertier, dit alles wordt virtuoos gedaan en goed gedoseerd samengevat in wat men een lange droom zou kunnen noemen.
Dan merkt men geen halfslachtigheden. Maar dat die er ook zijn maakt de plaat duidelijk in nummers als „Het verhaal van hij", „De slag bij daarom" en „Het verhaal van God II". Op de plaat gaat ook de mist in een nummer als „Op de banjo", in de zaal een prachtig stukje muzikale humor.
Hierin groepen voortreffelijke muzikanten als Erik v.d. Wurff, Harry Sacksioni, Martijn Alsters, Hans Koppes en Ger Smit, alsmede meester Herman zelf op viool telkens samen, wanneer de melodie wordt ingezet, waarvan steeds een aantal maten minder wordt gespeeld. Een schitterend Van Veennummer om te zien. Is men louter op het gehoor aangewezen, dan mist men de visuele humor van dit geval in hoge mate.

Een voorstelling in de zaal van Herman kan men ondergaan als een seance. De elpee bevat een verslag van deze seance een indirect gebeuren, dat de droom belet te ontstaan.


Maar het is natuurlijk wel een uniek theatertalent die Herman van Veen. Dat kan zelfs deze onthullende elpee niet verdoezelen.