Twentse Courant
Bert Diphooren

Het land van pret en parken

23 juni 1992

Het land van de onbegrensde mogelijkheden? De Efteling mocht er het lelijkste hotel bouwen van Nederland, zo lelijk dat het bijna mooi is. Het centra-parksconcern vond er bospercelen om er drie van haar parken aanleggen, met glazen zwembaden. Langs de weg bij Waalwijk ligt een oosterse moskee met glimmende koepeldaken. Het nieuwe autotron, Rosmalen, parkeerde een straaljager in de wei een oogverblindende oranje neus en vleugeltips.


Als het om een pretje gaat is Brabant gegarandeerd in de markt.
In een straal van een slordige vijftien kilometer rond de bezienswaardige provinciehoofdstad Den Bosch liggen niet minder dan vier toppers .van de vaderlandse toeristenindustie. Autotron, Land van Ooit, safaripark Beekse Bergen, en de Efteling. Bovendien: de Drunese duinen, het natuurgebied met zijn royaal bemeten dagrecreatiemogelijkheden. Hier trekt de Brabander zelf heen. Dit is zijn park.

In dit land van pret en parken is het Land van Ooit de jongste loot aan de stam; het land dat wordt 'geregeerd' door Herman van Veen. Zijn geesteskind Alfred Jodocus Kwak fungeert als wapendrager, in het park, onder majestueuze bomen, treft de bezoeker de zetel aan van gouverneur Herman en van enkele van zijn vooraanstaande raadslieden.

Deze regeringszetels hebben twee dingen gemeen. Ten eerste: je kunt er niet dan met de grootste moeite op plaatsnemen, want ze zijn niet gebouwd op zitvlees. Ten tweede: ze zijn gemaakt door serieuze en bovendien getalenteerde beeldhouwers. Het tekent het Land van Ooit, want speelsheid en fantasie vormen de handelswaar. Voor gemechaniseerde spektakelstukken moet je er niet wezent de energierekening van het land is dan ook ongetwijfeld laag, voor een dergelijke onderneming. Er is voor de kinderen een pracht speeltuin, maar ze kunnen er uitsluitend op eigen kracht vooruit. Ook dat is kenmerkend voor ooit.

Maar het Land van Ooit is in de eerste plaats theaterland. Op een tiental plekken geven acteurs en actrices voorstellingen. Gericht op kinderen, met een knipoog naar volwassenen. De voornaamste attractie die dit park biedt ligt dan ook meteen bij binnenkomst voor het grijpen. Het is de lijst met voorstellingen van die dag. Een volle lijst. Bovendien loopt er altijd wel ergens een ridder, vrouwe, page of minnestreel te acteren. Trouwens: iedereen werkt aan die voorstelling mee. Bel het Land, en de vrouw aan gene zijde van de lijn stelt zich voor met 'freule' zus en zo. En bij binnenkomst, nog voor der kassa's (tarieven redelijk schappelijk naar park-begrippen) staat een gekostumeerd persoon de toekomstige 'onderdanen' op te wachten om hen de speciale hoofse groet te leren, die Ooiters elkaar toevoegen.

Een park, kortom, dat consequent mens- en milieuvriendelijk probeert te zijn. 'Ooit' was het grafelijk bezit, een kasteelachtige buitenhuis uit Napoleontische tijd ('de keizer heeft hier gelogeerd') vormt nog altijd het hart van Ooit. Hier ook de Engelse tuin, waar de bomen namen hebben gekregen en karakterbeschrijvingen. Het is een samenwerkingsproject met Natuurmonumenten.

In die tuin trouwens ook gevarieerd mooi beeldhouwwerk. Het is een park, dat de fantasie aanwakkert, meer dan dat het de resultaten herbergt van andermans fantasie. Niet iedereen zal er weg mee weten. Want het is geen Efteling. Die ligt trouwens maar tien kilometer verder. Het is maar waar je van houdt.



Bert Diphooren