De Dordtenaar
Menno Schenke

Tien jaar piano bij Herman van Veen

Erik van der Wurff: een geboren begeleider

23 maart 1976

AMSTERDAM - Begeleider van een beroemd cabaretier, zanger of zangeres. Het lijkt een intens droevig bestaan, altijd op de achtergrond en in het donker. Anoniem. Behalve tijdens de routineuze. kreet ,,En aan. de piano .. ". Heel kort applaus. Een enkeling worstelt zich af en toe iets naar voren. Wie herinnert zich niet Govert van Oest, die vroegere pianist van Toon Hermans, die tijdens elke show schaterlachend en huilend van de lol regelmatig de aandacht van Toon afleidde en voor zichzelf opeiste.


Ook Erik van der Wurff', pianist bij Herman van Veen, beweegt zich steevast, op de achtergrond. Maar Erik is niet triest en ook niet droevig, gelukkig maar. Al tien jaar speelt hij samen .met Herman van Veen en nog altijd met, enorm veel plezier. Na het gesprek, kort voor een van de laatste voorstellingen van Herman van Veen in theater Carré, zegt hij dat hij het „tof." vond om te praten en gaat vrolijk naar het theater,,

„Ik ben het altijd eens met Herman", zegt Erik van der Wurff, 30 jaar, klein van stuk en een miniscuul sikje tegen, de onderlip. „We hoeven mekaar maar aan te kijken en weten we wat we willen of bedoelen, 't Is niet de relatie van een fan tot een idool, zo ligt het niet.
Ik ben nu een maal een geboren begeleider, ik wil niet beroemd of bekend worden als solist. Je bent in zo'n situatie altijd bezig als polen tegenover elkaar, solist en orkest.

„Na al die jaren al die jaren ga ik nog steeds elke dag met plezier aan het werk. We "werken heel democratisch, schrijven met z'n allen muziek. Harry Sacksioni. maakt de gitaarstukken, Herman speelt viool en ik maak de arrangementen, Als Herman zou zeggen: zo en. zo moet 't, dan ben ik gelijk weg.

„Improviseren gaat in de groep vanzelf, vooral als Herman op het toneel met zijn, viool, in de weer is. Als een bepaald, stuk je de strot uitkomt, als je dat weeë gevoel van binnen krijgt, dan ga je dat proberen op te lossen, en te veranderen:"

Tien jaar lang zijn Erik van der Wurff en Herman van Veen samen., Ze leerden elkaar kennen op het Utrechts conservatorium. In het najaar begint in Carré de „viering" van het jubileum met een programma over die tien jaar, oude stukken, maar ook volkomen nieuwe.

Erik van der Wurff is niet alleen een steunpilaar van Herman van Veen. De Volendamse Cats bijvoorbeeld doen voor hun arrangementen een beroep op hem. Hij schreef muziek voor Herman van Veens nieuwe toneelstuk Jukebox 2008, Ook Robert Long maakte van zijn niet geringe diensten gebruik bij zijn befaamde plaat Vroeger of later.
En tenslotte wilde Erik toch ook zelf eens. iets op de plaat zetten. Het resultaat was Heim- wee naar de herfst, een prachtplaat met soms wat. melancholieke, maar erg aantrekkelijke stukken.

Erik is tevreden met zijn eerste soloplaat, maar hij blijft „idioot kritisch". Ik ben dat altijd geweest ten opzichte van mijn eigen werk. Ik heb die plaat anderhalf jaar voorbereid en toen gezegd: nou ga ik hem, opnemen, ook."
Wie naar zijn plaat luistert, zou zeggen dat Erik van der Wurff een op en top romanticus is. „Dat zeggen ze, ja. Ze zeggen ook dat ik sentimenteel ben. Maar ik ben vaak erg cynisch. Ik vind dat ik het constant in het gevoel moet zoeken. Het gevoel moet de baas zijn, het verstand de motor. Maar sentimenteel, nee, dat ben ik niet".

Een stemmingsmens? Ook dat wil Erik van der Wurff niet zijn. Hij zegt overtuigend:
„Stemmingen mag je in dit vak zeker op het toneel niet toelaten. Je moet verwachtingen waarmaken. De mensen betalen voor een goede show.

Daarom vecht je tegen bepaalde stemmingen die je spel kunnen beïnvloeden. Als een zaal stampvol zit, zoals Carré iedere avond, natuurlijk, dat doet je wat. Ik speel ook liever voor een volle zaal dan voor eentje met honderd mensen.


Wedstrijd


„Het opvallendst van het grote succes dat Herman en wij in West- Duitsland hebben, is voor mij hel publiek. Het is daar net alsof je tégen de mensen zit te spelen. En de eerste rij vol fotografen, die onafgebroken flitsen en foto's maken.
Als je aan het eind van een voorstelling merkt dat het een succes is geweest, lijkt het net alsof je een wedstrijd gewonnen hebt".