LEIDS DAGBLAD
SASKIA STOELINGA

Wisselend programma Herman van Veen

17 april 1987


Harlekijn Holland Produktie met Herman van Veen; muzikanten: Erik van der Wurff, Nard Reijnders, Chris Lookers, Cees van der Laarse; licht: Rob Munnik, Ronaid Sickens de Wal; geluid Hans van der Linden, Frank van der Weij, toneel: Elske Lück. Gezien: gisteravond in de Leidse schouwburg; nog te zien vanavond en morgen.


LEIDEN - In het buitenland kan Herman van Veen geen kwaad doen. De ene recensie is nog lovender dan de andere: veelzijdig, clown zonder masker, gevoelig en briljant. In Nederland lijkt er een soort Van Veen-moeheid te hebben toegeslagen. Ik heb daar geen last van. Als de cabaretier het tenminste houdt bij zingen, springen en dansen. Vooral met zijn zang weet hij nog steeds de gevoelige snaar te raken. Hij heeft een stemgeluid waarmee maar weinigen hier zijn gezegend. Als hij echter met conferences begint, wordt het vervelend. Zijn dialogen missen spankracht, zijn niet puntig genoeg. En daarbij komt nog eens de clichématige aanpak van thema's als liefde en dood. Wat die dood betreft: in de show van gisteravond kwam er weer een lijkkist ten tonele, waarin Van Veen ging liggen. Over de rand van die kist heen werd er door hem poppenkast gespeeld. En wie was daar weer bij? Juist - de dood van pierlala. Zoiets is niet erg intelligent.


Een van de leukste nummers van de avond was 'Lonely Kojboj', een blues die door Van Veen en zijn orkestleden - die reusachtige Reaganhoeden op hadden - met meesterschap werd gebracht. Hij is in dit opzicht een erg onnederlands zanger. De eerste paar maten van zo'n lied en je bevindt in een of andere rokerige nachtkit. Dat alles heeft te maken met het grote inlevingsvermogen van de cabaretier. Als hij Chinees praat krijg je bij wijze van spreken trek in Fu Yong Hai.

Natuurlijk waren er ook weer teksten met 'unverfroren' maatschappijkritiek. Op de wijze van Nu zijt wellekome zong Van Veen: 'Uit uw kruis is munt geslagen, Jezu lieve Heer, sla de paus de kerk uit als de wisselaars weleer'. Uitgebouwd worden zo'n nummer bij de cabaretier echter niet. Het blijft bij losse opmerkingen. De geëngageerdheid krijgt zo weinig fundament.

Wat ik wel aardig vond, was het gedeelte waarin hij door een negerportier bij een disco werd geweigerd. Waarom? Omdat hij te kaal was voor die gelegenheid. Van Veens verweer: bij clowns groeien de haren naar binnen. Kijk, zoiets tilt de anekdote boven het platte realisme uit. Dat blijf je je herinneren.

De muziek was af en toe te hard. Echt genuanceerde solo's ontbraken. Kortom: een programma van wisselende kwaliteit. Misschien stak Van Veen de hand wel in eigen boezem toen hij bij een zekere passage de kanttekening plaatste: 'Heb ik dat geschreven? Daar moet ik thuis toch nog eens over nadenken."-



SASKIA STOELINGA