DE TELEGRAAF

Er was eens...

15 dec 2001

Herman van Veen reist met zijn musici tot en met kerstavond langs diverse kerken in Nederland. De 56- jarige zanger schreef namelijk een nieuw flinterdun boekje; een eigen bewerking van het kerstverhaal. Hij creëerde daar omheen een voorstelling van anderhalf uur. Op naar de Antonius Abtkerk in Wijchen, waar Lisette Vink van uitgeverij Ziederis het eerste exemplaar van 'Er was eens...' aan Hermans aanbood.


Er was eens... De drie woordjes vormen menigmaal het intro van wereldberoemde sprookjes. "Het kerstverhaal is een sprookje", vindt Herman van Veen "Ik ben niet van geloof, ik heb geen godsbeeld." Het boekje heeft de toonkunstenaar naar eigen zeggen geschreven om zijn jeugdherinneringen levend te houden. "Mijn vader was de zoon van een prediker uit de Pinkstergemeente. Ja, kun je nagaan. Mijn moeder had wel een diep religieus besef maar mijn vader zelf was een socialist die niets van God moest hebben. 'Er was eens' is verschenen omdat ik de polemiek van thuis wil bewaren."

"Met kerst kwam mijn opa vroeger bij ons eten. Dat leidde soms tot heftige discussies; de kerstboom stond verkeerd en in huis was geen kruis te bekennen. De stemming werd beter naarmate de jonge jenever vloeide", vertelt Herman.
"Mijn opa gaf mijn ouders ooit de Statenvertaling van de Bijbel. Die ligt nu bij ons thuis in de kamer. Een joekel van een boek met allerlei gravures. Toen ik het doorlas vond ik er oplossingen in voor veel dagelijkse shit van mensen."

Het kerstverhaal is volgens Herman van Veen "een vat vol tegenstrijdigheden. Tijdens het werken aan dit boekje ontdekte ik dat koning Herodes vier jaar voordat Hij werd geboren, is gestorven. Hoe zit dat dan met het doden van die baby's en die volkstelling?"

"De reden voor het schrijven van dit flinterdunne boekje over deze man die zichzelf nooit de Zoon van God heeft genoemd, is simpelweg omdat hij vroeg: Waarom? Ik houd van mensen die vragen waarom. Maar of dat nu Kuifje is, of Asterix of Obelix of Christus, dat maakt me niet uit." Geen geloof dus, maar een sprookje. De reden ook dat hét belangrijke element voor veel gelovigen, de onbevlekte ontvangenis van Maria door toedoen van de Geest Gods, niet in het werkje voorkomt. "Ónmogelijk", vindt Van Veen "Dat kan gewoon niet."

"Jezus was een buitengewoon lieve man die werd vastgetimmerd aan een kruis omdat hij zichzelf was, en niet anders wilde zijn dan een kind van God." "Vroeger zongen ze hij ons thuis dat liedje over de engelen die door het luchtruim zweven. Ik vond dat als kind zo'n lullig liedje. Nu heb ik zelf vier kinderen, ik ben zelfs opa, en weet je? Ik zou er een moord voor doen om het nog eenmaal te horen zoals vroeger."