Accent
Emmy Huf

Herman van Veen in Carré

Halve avond gaat verloren door onverstaanbaar gemompel

10 maart 1973

Hij komt onnoemelijk triest op mij over en dat ligt echt niet helemaal aan mij. Tenslotte begint hij zijn programma met een lijkrede — en dat stemgeluid en dat toontje verlaten hem eigenlijk de verdere avond nimmer meer. Tenminste niet zolang hij praat, vertelt, declameert. In zijn liedjes is hij meestal uitbundiger, althans wat het geluid betreft, want de teksten zijn dan ook weer in- en in-droevig, of bitter, of wrang, waarbij zijn forse uithalen dan hartverscheurend werken.


Ik heb ook veel en spontaan om Herman gelachen; hij is soms goed-gek, niets is hem te dol; zijn persiflage op een popconcert vond ik grandioos; wat hij met zijn lichaam doet is te mal voor woorden, met attributen weet hij ook dolle pret te maken; clownesk, ja, maar met geen clown die ik ooit gezien heb te vergelijken.


Zelfingenomenheid


Toch heb ik ook kritiek en wel op de eerste plaats op zijn in het oog lopende zelfingenomenheid. Ik weet wel, hij speelt de nonchalant-bescheiden jongen die het ook niet kan helpen dat hij daar is terechtgekomen en er dan maar het beste van maakt, maar het is juist dat houdinkje, waaraan uiteraard eindeloos veel repetities en try- outs zijn voorafgegaan, dat niet altijd even innemend werkt. Je kunt wel eens vertederd raken door zo'n malle, lieve, lekkere jongen, maar niet een hele avond, ik tenminste niet.

Hij weet het zelf trouwens ook best; ergens in zijn programma roept hij zichzelf een scheldkanonnade toe — leuk maniertje om ons alle troeven uit handen te slaan, maar het zal hem niet lukken — en het voornaamste scheldwoord dat mij is bijgebleven — afgezien van de gebruikelijke schuttingtaal die tegenwoordig in de beste kringen gebezigd dient te worden wil men voor vol worden aangezien — is: 'neurotische narcist'. Het is dat hij het zelf zegt, dat bespaart mij een kleine moeite. Waarbij ik aanteken dat ik het helemaal niet zo denigrerend vind als het klinkt: ik hou best van een beetje narcisme en neurotisch zijn we allemaal een pietsie tegenwoordig, waar of niet.

Wat ik ook op Herman tegen heb, is de manier waarop hij aanneemt dat iedereen aan zijn lippen hangt en er geen woord van mist, al fluistert hij onverstaanbaar... en dat doet hij nogal eens.
Nou heb ik (nog) een uitstekend gehoor, maar mijn gezelschap kan daar niet op roemen en daar is dan ook de halve avond aan verloren gegaan. Dat kan toch niet. Terwijl bovendien zijn teksten meestal erg de moeite waard zijn. Ook wel eens onbegrijpelijk, meer van het soort hardop-denken, maar wie daar gevoel voor heeft vindt dat wel leuk.

De muzikale begeleiding is in een woord geweldig; het swingt de pan uit de hele avond, met toch zeer veel gevoel voor de wonderlijke sprookjessfeer en bizarre manipulaties van Herman — van wie het programma een levensgroot affiche bevat, zei ik zelfingenomen? —

Herman speelt trouwens zelf een aantal instrumenten op meer dan verdienstelijke wijze: naast gitaar, piano en slagwerk de viool zelfs bij virtuoos-af. Zingen kan ie ook erg mooi, menig liedje werd al met applaus begroet in dankbare herkenning. Mag zo iemand dan alstublieft een beetje zelfingenomen zijn? Een béétje...