de Telegraaf

Ik heb talent - daar kan ik niets aan doen

8 april 1969

HERMAN VAN VEEN. Utrechts thester-harlekijn. bereikte met ongekende snelheid een vooraanstaande plaats in de nationale showwereld.


"Hebt u het gevoel de complimenten van KAN en HERMANS te hebben waargemaakt".
Ze hebben dat gezegd in een moment van enthousiasme. Ik heb er niet om gevraagd, maar ik hoop dat ze gelijk krijgen".
(Kan noemde Herman het grootste talent van na de oorlog).
Waaruit verklaart hij zijn succes?
..Talent, en daar kan ik niets aan doen. En de wil dat talent te exploiteren en te ontwikkelen".
Wat is zijn genre?
„Ik zit op het musisch-komische vlak. Zowel absurd als uitgelaten, zowel geestig als direct".
Is hij onnederlands?
„Ik ben anders dan colle- ga's en word sterk door het buitenland geďnspireerd. Ik wil het werk van Kan en Hermans gecombineerd voortzetten".
Wat was de vreemdste reaktie van zijn publiek?
Leiden is eens een vrouw opgesprongen. Ze drukte me aan de boezem. Het was heel moeilijk los te komen. Ze wilde me bij zich houden... "
Is hij rijp voor tv?
..Ik denk, droom en praat in het theater. Ik verraad te
veel bij tv en houd tegelijk bewust wat achter. Je moet denken aan mensen die je niet ziet. Je geeft niet alles"
Is hij afhankelijk van zijn publiek?
,,Er moet zich een dialoog ontwikkelen. Gebeurt dat niet, dan ligt dat aan mij",
Wat heeft hij nodig om goed te kunnen werken?
„Licht, daar drijf ik op. Ook muziek en geluid: Die ondersteunen het effect".
Hoe komt hij aan zijn invallen?
„Nu, zo meteen en overal. Alles wat ik voel, zie, beleef of droom, inspireert me. Mooi gezegd: Een voortdurende injectie van het leven om je heen".
Is er veel jaloezie in het vak?
„Meer dan ik ooit vermoedde. Ik heb nooit willen geloven dat dit vak zo meedogenloos was".
Zijn grootste wens?
..Geluk. Gezondheid, werk, liefde. Volgorde zelf te bepalen. Ze zijn alle drie afhankelijk van elkaar''.
Wat ergert hem het meest?
„Kortzichtigheid. Te snel oordelen met ergerlijke nonchalance.
Mensen die niet zichzelf zijn en zich steeds maar moeten bewijzen. Vriendelijkheid is het belangrijkst".
Waaruit put hij zijn materiaal?
„De combinatie van menselijke elementen. De rust van een arts, de souplesse van een danseres, het spontane van een kind".
Hoe karakteriseert hij de Nederlander?
„Jofele peren met pit!"
Welke Nederlander bewondert hij?
„Toon Hermans, Johan Cruyff, een zeer groot mens. De Koningin. Misschien waanzinnig, maar ga het maar eens proberen":
Buitenlanders?
Stelt hij zichzelf hoge eisen?
„Ja, ik ben bijzonder lastig voor mezelf. Bewust. Ik hoor elke fout. Ik ben een grote piekeraar. Dat moet in dit werk. Het is bloedserieus om de mensen te vermaken!"
Toekomstprojecten?
„Een Nederlandse tv-film met Lenny Kuhr".