de Limburger
Jeroen Geerts

Het kind Van Veen

6 juli 2011

In de expositie 'Als het licht is', die gisteren opende in het raadhuis in Kerkrade, toont multi-talent Herman van Veen een selectie van zijn schilderwerk. Werk met als thema kinderrechten, van iemand die zelf zegt ook nog een kind te zijn.


Een meisje dat schreef voor een schookrant vroeg Herman van Veen een tijdje geleden: 'Wat zijn de vier mooiste dingen van het leven?'. Zijn antwoord: „De ogen van de vrouw die van je houdt, de ogen van een kind dat op je vertrouwt, zoutdruppels op de lippen na een optreden en een eigen schilderij." Van Veen praat zoals zijn poëzie is.
Een instituut binnen de Nederlandse kunsten. Zanger, dichter, schrijver, theatermaker, clown, Alfred Jodocus Kwak. Sinds gisteren toont hij in het raadhuis op de Markt in Kerkrade een algemeen veel minder bekende kant van zichzelf. Herman van Veen de schilder. Zijn werk is abstract en voor het merendeel monochroom. „Ik heb iets voor ogen dat iets doet. Het is alsof'ik niet schilder, maar 'het' schildert. Met schrijven of zingen heb ik dat ook altijd al gehad. Alsof iets anders het over neemt. 'Het' schrijft en 'het' zingt. Zo kun je zelf je eigen betekenis eruit extraheren. Niet bepaald door je hoofd, maar door je hart."

Het was het overlijden van zijn vader, een dikke tien jaar geleden, dat Van Veen tot de schilderkunst bracht. „Hij had me een oud grammofoonplatenkoffertje nagelaten met allerlei spulletjes. Het heeft lang geduurd voordat ik het durfde open te maken om het verdriet niet op te rakelen. Toen ik het in 2005 toch deed, vond ik brieven, horloges, pijpen, onderscheidingen, parafernalia uit de Tweede Wereldoorlog. De wereld van mijn vader op een hoopje. Ik heb er met gevouwen handen naar zitten kijken. Plots viel het me op hoeveel mijn handen op die van hem leken. Ik dacht 'wat zouden jullie doen als jullie van mijn vader geweest waren'."

Schilderen dus. Van Veens vader Jan Frederik Albertus, was graficus en letterzetter. In zijn vrije tijd maakte hij houtsneden of plakte hij schilderijen van papier. „Van de ene op de andere dag ben ik zomaar gaan schilderen. Misschien voortgezet waar mijn vader nooit aan toegkomen is."
En niet onverdienstelijk. Op zijn eerste exposite werd ieder werk verkocht. Door de jaren heen exposeerde Van Veen in diverse galerieën in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Curacao en Zuid-Afrika. Eerder deze maand verscheen onder de titel The pointer/Der Maler/De SchiIder/Le peintre een viertalige bundeling van een selectie van zijn schilderwerk in boekvorm.

Het was Werner Janssen van Stichting Euriade die Herman van Veen naar Kerkrade haalde. In 2005 kreeg Van Veen hier, in Abdij Rolduc, van de stichting de Martin Buber-plaquette voor zijn betrokkenheid bij de medemens. Eén van veel prestigieuze onderscheidingen die Van Veen in ontvangst mocht nemen sinds hij, op zijn zeventiende, besloot vrijwilliger te worden bij Unicef. Sindsdien zet hij zich, met speciale aandacht voor kinderen, in als mensenrechtenactivist. Een aspect dat in de expositie 'Als het licht is' extra geïllustreerd wordt door de foto's van Christophe Lambert, die de werken van Van Veen flankeren.

„Ik ben sterker geworden in de overtuiging dat het de wereld pas goed kan gaan, wanneer het onze kinderen goed gaat." Van Veen was er bij toen in 1989 het verdrag in zake de rechten van het kind ondertekend werden. „Als die worden nageleefd, dan zal er bijvoorbeeld geen honger meer bestaan. Daar kun je een hele polemiek op loslaten, en het is een stelling die ook zeker kan rekenen op cynische of spottende reacties. Maar 'het kind van de rekening' is niet voor niets een cliché. Kinderen zijn onze hoogste prioriteit. Zo lang we dat niet inzien, dan hebben we geen schijn van kans."

De nu 66-jarige artiest is een gerespecteerd en gelauwerd vakman. Met zijn schilderkunst is hij nog niet zo ver. „Maar als schilder ben ik dan ook nog maar zes jaar oud. Een kind."



Jeroen Geerts