de Volkskrant

Voorstelling Harlekijn kan beter snel vergeten worden



5 oktober 1982
Cees Brandt is een choreograaf die er tot nu toe blijk van heeft gegeven te lijden aan een lastige handicap, namelijk een onderontwikkeld gevoel voor dansbeweging.


Gevoel voor theater heeft hij wel, zoals hij nu weer demonstreert in zijn nieuwe programma „In moment bewogen" dat uit vijf stukken bestaat. „Over twee" gaat over twee vrouwen die met zonnebrillen op de neus ronddansen en tenslotte weglopen terwijl ze met blinde stokken tastend hun weg zoeken. „Schuilen" schetst een driehoeksverhouding van drie vrouwen die in herenpakken zijn gekleed en in „Strip" spelen de vijf danseressen van de groep allerlei spelletjes, van dammen of schaken tot krijgertje, „Kringen" en „In moment bewogen" laten tenslotte een prachtig toneelbeeld zien doordat het toneel is veranderd in een waterplas waarin de danseressen spartelen en spetteren. Jammer is alleen dat Brandt hier pronkt met andermans veren want dit toneelbeeld is gepikt uit Pina Bausch schitterende waterballet (Arien).

In het hele programma waart trouwens de schim van Bausch rond als die van een kleuter die pas leert lopen. Vermoedelijk had Brandt bij het maken van dit programma de twee eerder genoemde zonnebrillen tegelijk voor zijn ogen want allerlei stijlelementen van Bausch, te weten bewegingloosheid, doelloos rondlopen en het nadrukkelijk herhalen van bewegingen, lijken hier blindelings te zijn toegepast. Soms komt er wel iets over van eenzaamheid, machteloosheid en droevig dromen, maar dat is meer te danken aan de begeleidende muziek. Deze is van Herman van Veen en Erik van der Wurff en brengt gemakkelijk in het gehoor liggende klankbeelden vol melancholie en andere weemoed.

Wat betreft de dansthema's die kan iedereen, te beginnen met de dansers, het beste maar meteen vergeten. Want voor het eerst in lange tijd heb ik met kromme tenen van ellende naar choreografie zitten kijken. Brandt lijkt nog steeds voornamelijk in houdingen en betekenisloze gebaren te kunnen denken in plaats van echte beweging. Hortend en stotend strompelt de choreografie voort waarbij het wel lijkt of de 'moderne' dans nog moet worden uitgevonden. Een dieptepunt is het pretentieuze en nietszeggende slotstuk 'In moment bewogen' waarin de choreograaf, voor wie er nog aan twijfelde, zijn onmacht tot expressiviteit bewijst, als een stamelaar die steeds maar niet op het juiste woord kan komen.

Al met al zou Brandt er beter aan doen de danskunst te vergeten om zich alleen toe te leggen op mime of bewegingsregie. De enige expressieve momenten zijn namelijk te vinden in het mimografische stuk 'Schuilen', wanneer Karin Chen tevergeefs troost probeert te vinden door zich beurtelings in de armen van twee vrienden te werpen.
In het algemeen wordt echter Chens talent als danseres slecht benut en ook het dans- en mime-talent van Caroline Dokter, die hier de boeiendste vertolkster blijkt, lijkt in dit programma ver- spild.