Drentsche en Asser Courant
Jaap Bromet

Lachen,drama, of een boodschap

5 juni 1974

Herman van Veen, „de Piet Keizer van het Theater", heeft evenals de grillige linksbuiten van Ajax het vermogen om op de meest onverwachte momenten de aandacht te trekken. Het laatste jaar zijn de berichten rond deze, destijds door WVim Kan en Toon Hermans zo juichend binnengehaalde, cabaretier enigszins in mineur. Dat begon met zijn laatste weinig geslaagde solo-programma in Carré, werd gevolgd door het enkele maanden geleden geruisloos opgevoerde en mislukte, eerste toneelstuk „De Spinse" en eindigde voorlopig met een huilende Herman op de televisie.


Maar opeens maakt hij, zonder al te veel ophef, een tournee door Duitsland, treedt op in steden als Hamburg, Keu- len, Wiesbaden, Mülheim en München, speelt er uitsluitend voor volle zalen en krijgt in de pers reacties als: „Sinds Chaplin is er niemand waarmee hij vergeleken kan worden."

Van Veen is zelf ook nog enigszins beduusd over dit succes: „Ik heb er via een aantal televisieuitzendingen wel naar toe willen werken, maar dit heb ik alleen maar kunnen hopen. Toch geeft het voldoening dat ze juist dit theaterprogramma hebben gepakt, omdat het toch iets is, waar ik in de toekomst naartoe wil. De televisie was fijn om de nodige bekendheid te krijgen, maar is voor mij absoluut niet het medium waarin ik me wil gaan uiten.
In november ga ik een uitgebreide tournee maken en daarna zien we wel verder. Dat zal ook van de reacties afhangen." Een Nederlands zaaloptreden in het komend seizoen valt niet van Herman te verwachten. Een aantal voorstellingen van „De Spinse" zijn voorlopig afgelast, omdat Joost Nuissl, de mannelijke hoofdrolspeler, het gedeelte na de pauze niet goed aan kon.
Hoewel hij zijn stuk zelf ook nog verre van volmaakt vindt, hoopt Van Veen het begin '75 toch nog een aantal keren op te voeren: „Ik heb contact gehad met de acteur Ger Thijs, die wel geïnteresseerd is, maar er staat nog niets vast."

Achteraf is hij toch wel blij met de uitbreng van De Spinse: „Toneelschrijven is een nieuw medium voor mij, dat m'n interesse heeft en waar ik ook absoluut mee door wil gaan. Ik ben al met een nieuw stuk bezig, dat vermoedelijk na het volgend seizoen in première gaat. Het heeft weer met dieren te maken, dat is alles wat ik erover kan zeggen." En over dit theaterwerk: „Het is een moeizame affaire, omdat de mensen niet gewend zijn om begrippen als liefde, tederheid en fantasie in taalgebruik omgezet te zien in toneeltaal. Daarbij ben ik ervan overtuigd dat ik ook nog niet de goede vorm te pakken heb.
Men kijkt naar iets, dat nog in de kinderschoenen staat en ik hoop alleen dat de mensen bereid zijn mee te denken." Bij de televisie is die bereidheid er zeker, want KRO, BRT en VPRO zijn momenteel in onderhandeling over de televisierechten.



„Als u naar een toneelstuk in de schouwburg gaat, wat wilt u dan: lachen, een drama zien of een voorstelling over maatschappelijke problemen met een boodschap?" Deze vraag werd door het Nipo in een onderzoek aan 1049 Nederlanders gesteld. Acht procent van de ondervraagden bleek het liefst naar een drama te gaan, negen procent een of andere boodschap te verwachten en zeventig procent van de steekproefsgewijze ondervraagden wenste alleen maar te lachen.

Opvallend was dat hierbij geen noemenswaardige verschillen in de diverse leeftijdsgroepen van de deelnemers viel waar te nemen.