DE VOLKSKRANT
Hein Janssen

Dichter met simpele woorden

4 aug 2003

'Met een glimlach om de mond en een glas Belgisch bier in de hand. Zo is Willem Wilmink gestorven. Hij komt de hemel in met een glas bier, maar hier op aarde is na zijn dood veel warmte verdwenen.' Aldus Herman Finkers, cabaretier, vriend en streekgenoot van de schrijver en tekstdichter Wilmink, die zaterdag op 66-jarige leeftijd in zijn woonplaats Enschede na een lang ziekbed is overleden.


Willem Wilmink is vooral bekend als tekstschrijver van televisieprogramma's als De Stratemakeropzeeshow, De Film van Ome Willem en Het Klokhuis. Hij schreef talloze liedjes die zijn uitgevoerd door artiesten als Joost Prinsen, Wieteke van Dort, Herman van Veen, Adèle Bloemendaal en Don Quishocking.
'Prachtige teksten schrijven, die in woordkeus dicht bij huis liggen en toch poëtisch zijn.' Volgens Joost Prinsen was dat de essentie van Wilmink. Prinsen herinnert zich een vergadering van de redactie van De Stratemakeropzeeshow waarin Wilmink ineens boos werd. 'Dat ging over een liedje waarin mooie meisjes werden vergeleken met de sterren en de maan. Dat vond hij maar niets, het beschrijven van de schoonheid deed je niet met sterren en maan, je zocht het veel dichter bij huis, misschien zelfs wel bij de geur van hun sokken.' Dichter Jean Pierre Rawie maakte in 1996 een bloemlezing van Wilminks gedichten.
'In de eerste bundel van dertig jaar geleden is eigenlijk de hele Wilmink al aanwezig, met zijn melancholie, zijn mededogen, zijn - durf ik het te zeggen? - naïviteit en zijn zonderlinge liefde voor de streek van zijn geboorte', schreef Rawie indertijd. Hij doelde op de bundel Brief van een Verkademeisje:

'Laatst heb ik een muur aangeraakt/ op een zomerse avond. Hij was warm/ Toen legde ik mijn hoofd op mijn arm,/ en het was of ik weer dat kind zijn zou,/ als ik maar aftelde: zes, negen, tien,/ als ik maar riep: wie niet weg is is gezien.'
(Het meisje spreekt)

Wieteke van Dort heeft zondagmiddag tijdens een openluchtconcert in Alkmaar haar programma aangepast en een aantal Wilmink - liedjes gezongen. 'Liedjes die in heel simpele bewoordingen toch heel essentiële dingen vertellen', zo karakteriseert ze zijn werk. 'Er zat vaak weemoed in, maar soms ook gekke dingen, vieze onderbroeken en zo. Zijn taalgebruik was prachtig - zijn woorden waren nooit gezwollen.'

Hoogleraar Herman Pleij herinnert zich Wilmink nog als docent aan de Universiteit van Amsterdam. Pleij: 'Hij was een wat eigenaardige docent aan die toentertijd wat elitaire vakgroep. Op feestavonden trad hij op met trekharmonica en zong smartlappen, in die tijd niet zo gebruikelijk.' Pleij roemt Wilminks hertaling van middeleeuwse teksten als Beatrijs.

'Hij maakte van die oude teksten nieuwe, zelfstandige kunstwerken, middeleeuwse verhalen in moderne klankkleuren.'



Hein Janssen