Accent Hemmo B. Drexhage |
Herman van Veen verlakt publiek |
21 nov 1970 |
Toen Herman van Veen in 1968 als een komeet verscheen aan de sterrenhemel van het Nederlandse cabaret, schreef ik in ACCENT : 'Herman van Veen bruist van energie; hij explodeert op het toneel. Met zijn presentatie doet hij nu net alle dingen die vroeger als onmogelijk en tegen alle regels beschouwd werden. Hij vult zijn speelruimte volledig met zijn gekke sketches, invallen en muzikale escapades'. Zijn optreden betekende toen een verademing in de wereld van de kleinkunst. Na het zien van zijn nieuwe (tweede) programma, dat onlangs onder de titel 'Herman van Veen' in première ging en dat nu door ons land trekt, ben ik tot de conclusie gekomen dat bovenstaande nog maar voor de helft waar is. En dat dient nu in ongunstige zin opgevat te worden. Herman van Veen is - bij gebrek aan niveau en zelfkritiek en kennelijk gedreven door een onbegrijpelijke zelfoverschatting - in dit nieuwste programma gewoon bezig met een flink brok publieks- verlakkerij. Hij bruist nog steeds van energie, doet nog steeds onmogelijke dingen en vult nog steeds het toneel met veel gedans en gespring en enig verbaal werk, maar nu mist zijn optreden elke lijn, elk doel, en elke inhoud. Herman van Veen is duidelijk niet bestand gebleken tegen de verplichtingen die een bekendheid in het theatervak nu eenmaal met zich meebrengt. Alleen zijn muzikale begeleiding heeft nog steeds hetzelfde goede niveau. Voor de rest kan ik onmogelijk iets positiefs over zijn optreden schrijven. Wie zich in het theatervak voor een betalend publiek waagt, moet daarom ook kritiek kunnen verwachten. Herman van Veen's mislukte televisieoptredens hadden voor hem al een waarschuwing moeten zijn. De staalkaart van gebreken moet daarom maar eens uitgespreid worden. Herman van Veen is dermate met zichzelf ingenomen dat hij het bestaat om alleen al op het programmaboekje (f 2,-) zes maal zijn gezicht af te laten drukken. Zijn musici/ medewerkers bestaan voor hem kennelijk niet. In het begin van zijn optreden voor de pauze wijdt Van Veen niet minder dan tien minuten aan een narcistische beschrijving die gaat tot en met zijn onderbroek. En dat alles kennelijk ter verhoging van de lol en verheerlijking van Van Veen. Hij brengt - tussen zijn matige liedjes vol vals sentiment - een aantal teksten en uitbeeldingen, die nauwelijks het peil van een komische act voor één heer voor bruiloften en partijen te boven komen. Ook het decor vertoont een feestverlichting in dezelfde stijl. De rest van zijn programma vult hij met bekkentrekkerij en andere flauwekul. En mocht er nog iets overkomen dan worden alle versterkers zo luid aangezet, dat verder elk woord onverstaanbaar wordt. Misschien is zijn hele optreden wel het best te typeren als : anti-alles met een beatsausje. Toch zijn er misschien nog wel lichtpunten geweest in zijn optreden, maar die heb ik dan, helaas, niet gezien vanaf mijn plaats. Herman van Veen's optreden ademt zoveel functieloos exhibitionisme en narcisme dat ik vermoed dat hij denkt, dat hij een totaal nieuwe manier van geld verdienen voor een geheel eigen publiek heeft uitgevonden. En vanzelfsprekend zullen ook daar wel liefhebbers voor zijn te vinden. Mijn incrowd is het niet. Hemmo B. Drexhage |