En Route
Angélique van der Horst

"Frankrijk was geen plan, het is gewoon zo gegaan"

zomer 2011

Herman van Veen (14 maart 1945) viert in september dat hij 45 jaar artiest is. Niet in Utrecht, waar hij vandaan komt. Ook niet in Berlijn, Brussel of New York, waar hij dierbare herinneringen aan heeft. Maar midden in Parijs, met een voorstelling in het Théatre Espace Pierre Cardin.


'Je leven is een reeks van gestuurde toevalligheden,' zo geeft hij zelf als verklaring. 'Dat ik in Frankrijk terecht ben gekomen en een Franstalige vrouw heb, begon misschien wel toen ik negen jaar was en jacques Brel in Knokke hoorde zingen tijdens het Songfestival. Ik vond dat optreden zo prachtig dat ik het heb opgeslagen. Daarna, op de middelbare school, vertelde een Franse lerares met net iets meer passie over Franse dichters dan over Vestdijk. En toen ik 21 jaar was, werd ik door een francofiel aan de hand meegenomen naar Parijs. Ik ontmoette er mensen als Serge Reggiani en ben er in con- tact gekomen met Georges Moustaki. Door hem ben ik bij de haren (die ik toen nog had) mee- gesleurd. Hij zei: "Dit is een land waar jij moet spelen." Frankrijk was geen plan van me, het is gewoon zo gegaan.'
Inmiddels is Herman van Veen innig verstrengeld geraakt met de Franse cultuur. Hij verblijft regelmatig in zijn tweede huis in de Alpes-Maritimes ('een heerlijke streek'). En zijn Frans is er flink op vooruitgegaan sinds zijn huwelijk met de Waalse danseres Gaëtane Bouchez: 'Ik ben blijkbaar niet voor niets met een Franstalige vrouw getrouwd. Naarmate ik de Franse taal beter begreep, leerde ik ook het land beter begrijpen.'

De naam van de voorstelling in september is Une infinie tendresse, een titel die verwijst naar een liedje uit de jaren zestig, geschreven door Riwka Bruining. Het nummer - dat later vertaald is in het Frans - gaat over 'onvoorwaardelijkheid', het tedere gevoel dat je kunt hebben voor iemand die weer- loos, zonder mitsen of maren een ander bemint. Waarom koos u juist voor deze tekst als titelsong?
'Het is een mooi liedje dat ik in de jaren zestig al zong. Het gevoel dat erin beschreven wordt, is heel herkenbaar. Laatst kwam ik het ook tegen in de inleiding van Connie Palmen voor de memoires van Hans van Mierio (getiteld Het kind en ik, naar een gedicht van Martinus Nijhoff). Ze vertelt dat Hans van Mierio - naast de volwassen man die hij is geworden - ook nog altijd het weerloze kind is .gebleven dat hij ooit was. Een gevoel dat iedereen kent. je hebt dat kind nog in je, je bént het ook altijd, maar het is wel een ander. In de dramaturgie is het de clown die met dat thema speelt. Hij is groot en klein tegelijk, doet net of hij iets voor het eerst ziet en blijft verwonderd de wereld inkijken. In wezen volg je als mens steeds twee sporen: de ander en jezelf. Dat heb ik vertaald in de voorstelling Une infinie tendresse.'


Waarom denkt u bij 'onvoorwaardelijkheid' vooral aan kinderen?
'Alleen kinderen kunnen onvoorwaardelijk liefhebben. Volwassenen niet. Die stellen altijd voorwaarden, zeker aan kinderen. En kinderen zijn daar volstrekt weerloos in. Misschien dat ik me daarom wel zo druk maak over de kinderrechten. Een kind heeft recht op een eigen mening, maar moet er wel voor knokken. Er zijn nog veel te veel kinderen die niet eens inzicht hebben in wat ze mogen. Ze passen zich aan en uiteindelijk gaan ze uitkijken naar hun pensioen, omdat ze de moed hebben verloren, ze hebben zich altijd aangepast. Ik vind dat een kind al vanaf de lagere school onvoorwaardelijk geholpen moet worden bij het ontdekken en ontplooien van zijn talenten.'


U heeft van alles gedaan voor Unicef en u heeft verschillende organisaties opgericht die opkomen voor het kind en de kinderrechten. Waar komt uw drive vandaan?
'Dat heeft te maken met mijn opvoedingen mijn ouders. Wij zijn van de naoorlogse generatie en één ding werd ons altijd duidelijk gemaakt: zoals het was in '40-'45, zo zou het nooit meer mogen zijn. Dat was op zich een duidelijke lijn, maar het was tegelijk een barrière. Er was een verbod op ontevreden- heid. Alles was in de oorlog erger geweest. Dat gevoel heeft ons getekend.'


Is het slecht om zo sterk doordrongen te zijn van de geschiedenis?
'Nee, dat is niet slecht. Het gaat erom datje de juiste balans vindt. Op dit moment ben ik een prachtig boek aan het lezen, waarin ik een geweldige definitie vond van het nu: "Het nu is zitten in een zadel waarin je tegelijkertijd de geschiedenis en dat wat voor je ligt kunt zien." In mijn jeugd draaide alles om dat wat er gebeurd was. Ik heb het gevoel dat we nu, in de huidige maatschappij, vooral kijken naar dat wat voor ons ligt. Ik maak me zorgen over het gebrek aan historisch besef in Nederland. Het lijkt net of veel mensen denken dat alles wat achter ons ligt, al helemaal begrepen is.'


Hebben ze daar in Frankrijk net zo veel last van, volgens u?
'In Frankrijk is er in mijn optiek een ander historisch besef dan in Nederland. Frankrijk is een groot land met enorme geografische verschillen. Het landschap dwingt je onvermijdelijk om anders te kijken, om alles in een breder perspectief te plaatsen, je hebt de zee en de Alpen, dat zijn zulke belangrijke, historische zichtlijnen, daar kun je niet omheen. En neem bijvoorbeeld de inflatie aan kastelen: je komt in Frankrijk nooit weg van het historisch perspectief. Bovendien zit de filosofie verweven in de Franse volksaard. Filosofie is een Franse hobby die in alle geledingen van de maatschappij wordt beoefend. Dat is een kunst die je in die mate eigenlijk alleen vindt in China en Griekenland. Ik denk dat Frankrijk juist om die redenen ook zo geliefd is bij Nederlanders. Frankrijk is in feite één groot openluchtmuseum, je hebt dan ook twee groepen Frankrijkliefhebbers. De mensen met historische interesse die door oude dorpjes trekken in de Ardèche en de Dordogne. En de mensen die voor de luxe, de warmte en het vertier komen, die zie je vooral aan de kust.'


Veel mensen maken zich er juist zorgen over dat Frankrijk een openluchtmuseum aan het worden is. Het land zou stilstaan.
'Daar ben ik het echt niet mee eens. Neem een stad als Parijs: Parijs is net Tokio, het is heel spannend om te zien hoe monumentaal ze daar bouwen. Als je op place de la Concorde staat, heb je een zichtlijn van het Louvre naar de Are de Triomphe en dan door naar La Défense. Magnifiek! Je ziet hoe toekomst en verleden samenkomen. Dat is pure filosofie. Er gebeuren architectonisch verbluffende dingen in Frankrijk. Neem Bordeaux: ongelooflijk. Soms denk ik wel eens bij een Zuid-Franse stad dat ik in Boston ben. Het is een cliché om te zeggen dat Fransen joie de vivre hebben. Maar je ziet het nog wel overal terug: Frankrijk is niet altijd even rationeel, maar heeft heel spannende kanten.'


Vindt u de Franse literatuur net zo spannend?
'De schrijver die me het meest bij de ballen heeft gepakt, is Marguerite Yourcenar. Wat zij heeft gedaan, is echt grensverleggend. Zij opent deuren naar tijden\i/aar je nooit bij zult zijn en haar taal- gebruik is fenomenaal. Ze wist mystiek tot wetenschap te verheffen: ze maakte alles feitelijk, maar ook visionair. In Het hermetisch zwart trekt een Haarlemse sekte naar Munster, ze worden belegerd door katholieken en bisschoppen. Zonder dat Yourcenar in dit verhaal expliciet verwijst naarde 20ste eeuw, weet je dat die lijn er wel is. Ze legt de kern bloot van het communisme, je ziet de ziekte van het collectief, het verpletteren van het individu.'
'Ook Georges Sand vind ik fascinerend, net als Verlaine en Rimbaud. En Camus heeft m'n denken sterk beïnvloed.' Céline vindt hij te hard, te rücksichtslos, hoewel hij diens realistische kant toch wel kan waarderen. 'Dichters, schilders en muzikanten staan veel dichter bij de realiteit dan men vandaag de dag in Nederland wil doen geloven. In die zin vind ik het bizar dat op de kunst nu zo gekort wordt. Het zou een eer moeten zijn om in kunst te investeren. Zorg, onderwijs, kunst: dat zijn de pijlers waarop onze beschaving rust. Het huidige kabinetsbeleid is volledig gebaseerd op het praktische, kortetermijndenken. En het is benauwend om te zien dat juist de kunsten, de zorg en het onderwijs worden aangepakt, terwijl de oorzaak van de economische problemen ligt in de perversiteit van mensen die gekozen hebben voor hun individuele machtsbelang. Ik heb er geen goed woord voor over dat de economische crisis moet worden opgelost door te snijden in de collectieve voorzieningen.


Ook voor kinderen is dat nadelig, want hun kansen worden kleiner. Neem bijvoorbeeld het muziek- onderwijs. Kinderen uit minder bedeelde gezinnen kunnen straks niet eens meer muziekles krijgen dat is horror voor elke muzikant.'


U reist heel de wereld over. Ziet u die minachting voor kunsten op meer plekken terug?
'Zeker in Europa. In de digitale wereld hebben we tegenwoordig toegang tot onvoorstelbaar veel informatie. Maar ik zie een Europese trend waarbij mensen vooral uit zijn op korte termijnsuccessen binnen een wannabee-werkelijkheid. Degene die het beste kan imiteren oogst het meeste succes. Dat heeft geleid tot een glossy werkelijkheid, een vaselinerealiteit. Denk maar aan Idols of deX Factor. Doordat al dat imiteren veel economie genereert, is het erg krachtig. In mijn voorstelling maak ik daar een grapje over. Ik vertel over een vriend die dementeert en buitengewoon realistische beelden maakt. Zo heeft hij twee armen gemaakt voor de Venus van Milo en dat beeld is een groot succes in New York "omdat het af is". De replica heeft het zo gewonnen van het origineel.'


Bij de voorstelling in Parijs hoort ook een expositie van een aantal van uw schilderijen. Schildert u allang?
'Na het overlijden van mijn vader ben ik met schilderen begonnen. Hij had me een grammofoon- koffertje nagelaten met persoonlijke bezittingen: diploma's, verzetsonderscheidingen, allerlei ande- re kleine dingen. Ik had het openen van dat koffertje jaren uitgesteld. Maar op een sombere zondag heb ik me er toch toe gezet. Met gevouwen handen zat ik ernaar te kijken en ik dacht: wat lijken die handen toch op de handen van mijn vader. En meteen daarna: stel dat jullie de handen waren van mijn vader, wat zouden jullie dan gaan doen? Vanaf die dag ben ik zomaar vanuit m'n hart gaan schilderen. Ik noem het na een paar borrels wel eens zielsafdrukken. Er zit iets op je netvlies, je doopt je penseel in de verf en zonder er verder over na te denken probeer je het te bewaren. Alsof je sneeuw probeert te bewaren in je handen...'


Une infinie tendresse Het Théatre Espace Pierre Cardin zal tijdens de voorstellingen van Une infinie tendresse bedolven zijn onder de rozen. 'Ik kreeg een keer een roos na een voorstelling, terwijl de andere muzikanten niks kregen. Ik heb ze toen allemaal een blaadje gegeven en er één spontaan op mijn neus geplakt. Zo ontstond de "rozenclown". Roos is ook de naam van één van onze stichtingen die zich allemaal inzetten voor de rechten van het kind onder het motto gaat het de kinderen goed dan gaat het de wereld goed, ik geloof dat het grootste moet worden gedaan als het nog klein is.'




Angélique van der Horst